Naar boven ↑

ALGEMENE MEDEDELING

In de loop van januari 2025 wordt deze online omgeving geïntegreerd in Boomportaal (www.boomportaal.nl), waarna deze omgeving wordt opgeheven. Vanaf dat moment linkt deze URL automatisch door naar Boomportaal.

4.294 resultaten

Rechtspraak

OR 2024-0148

Woldomus B.V. c.s./Rendo-groep

De zaak handelt over twee te onderscheiden geschillen rond de verkoop van een vennootschap waarvan een aantal in het noorden van Nederland gelegen gemeenten aandeelhouder zijn. Deze vennootschap heeft haar dochtervennootschap verkocht. Binnen deze dochtervennootschap hadden de betreffende gemeenten de energievoorziening (gas en licht) voor hun inwoners geregeld. De bestuurder van de vennootschap wordt allereerst verweten een betaling van de koper te hebben geaccepteerd als steekpenning met het doel de aandeelhouders te overtuigen deze partij te laten kopen. Het tweede geschil betreft het verwijt dat de bestuurder de vennootschap en haar dochtervennootschappen bepaalde investeringen heeft aangeraden en heeft laten doen, zonder dat de aandeelhouders ervan op de hoogte waren dat de bestuurder profiteerde van deze investeringen omdat hij aandeelhouder was in de betreffende projecten. In het eerste geschil wordt door het hof vastgesteld dat sprake is van onrechtmatig handelen van de bestuurder en wordt vastgesteld welke (soort) schade voor vergoeding in aanmerking komt. In het tweede geschil wordt allereerst door het hof vastgesteld dat sprake is van een tegenstrijdig belang, en dat alle schade die het gevolg is van het niet informeren van de algemene vergadering en de raad van commissarissen van dit tegenstrijdig belang voor vergoeding in aanmerking komt. Juliette Wareman besteedt in haar samenvatting veel aandacht aan de relevante overwegingen betreffende het tegenstrijdig belang.
Gerechtshof Arnhem-Leeuwarden, 14-02-2023

Rechtspraak

OR 2024-0145

Fortenova Group Stak Stichting c.s./SBK Art Limited Liability Company

Een administratiekantoor ontzegt gesanctioneerde certificaathouders de toegang tot de vergadering van certificaathouders en deelt mede dat de stemrechten van de gesanctioneerde certificaathouders buiten beschouwing zullen worden gelaten. In het door een van de certificaathouders gestarte kort geding oordeelt de voorzieningenrechter in eerste aanleg dat het administratiekantoor de certificaathouder gedurende een bepaalde periode toegang moet verlenen tot de certificaathoudersvergadering en dat de certificaathouder moet worden toegestaan haar stemrecht uit te oefenen ter zake van bepaalde agendapunten. In hoger beroep komt het hof tot het oordeel dat de vorderingen van de certificaathouder, onder meer gelet op de door de Europese Commissie en de in Nederland bevoegde autoriteit gegeven guidance met betrekking tot de uitleg van de sanctieregels, alsnog moeten worden afgewezen en wordt het vonnis van de voorzieningenrechter vernietigd. In cassatie overweegt de Hoge Raad dat de tekst en de context van de sanctieregels ruimte laten voor redelijke twijfel over het antwoord op de vraag of de vergader- en stemrechten die zijn verbonden aan (certificaten van) aandelen die toebehoren aan een gesanctioneerde persoon of entiteit zijn bevroren, en zo ja, of die bevriezing volledig is of dat de mogelijkheid om de vergader- en stemrechten uit te oefenen afhankelijk is van bepaalde omstandigheden, zoals de aard of inhoud van het geagendeerde besluit en het standpunt daarover van de gesanctioneerde houder van de (certificaten van) aandelen. De Hoge Raad stelt hierover prejudiciële vragen aan het HvJ EU.
Hoge Raad, 21-06-2024