Naar boven ↑

Update

Nummer 13, 2012
Uitspraken van 21-08-2012 tot 28-08-2012
Redactie: prof. mr. E.C.H.J. Lokin, mr. drs. K.H. Boonzaaijer en mr. E.H. Leemreis.

Rechtspraak
Afgelopen week was het opvallend rustig. Slechts vier uitspraken raakten het ondernemingsrecht (121628, 121629, 121640 en 121641). Op twee van de vier zou ik graag kort de aandacht willen vestigen.

Bestuurdersaansprakelijkheid
In 121628 stond de aansprakelijkheid van een bestuurder op grond van artikel 2:9 BW centraal. Bij de beoordeling kwam de maatstaf van de HR opgetekend in NHB/Oosterhof en Nutsbedrijf Westland aan bod. Het hof overwoog onder meer dat artikel 2:9 BW bepaalt dat elke bestuurder jegens de vennootschap gehouden is zijn taak naar behoren te vervullen. Volgens vaste jurisprudentie bestaat aansprakelijkheid wegens schending van die norm slechts indien de bestuurder van zijn handelen als statutair bestuurder persoonlijk een ernstig verwijt kan worden gemaakt. Daarbij hoeft van fraude geen sprake te zijn. Wordt de bestuurder bij de taakvervulling een onrechtmatige daad verweten, dan wordt de toerekeningmaatstaf daarvan ingekleurd door de maatstaf die bij artikel 2:9 BW wordt gehanteerd, te weten die van de ernstige verwijtbaarheid (HR 18 februari 2000, NJ 2000, 295 (New Holland Belgium/Oosterhof) en HR 2 maart 2007, LJN AZ3535, NJ 2007, 240 (Nutsbedrijf Westland)). In onderhavige casu werd de zaak aangehouden.

Vereenzelviging
In 121629 wordt tevergeefs een beroep gedaan op vereenzelviging. Evenals vorige week wordt ook in onderhavige casus het beroep op vereenzelviging afgewezen. Het hof was voorshands weliswaar van oordeel dat hier mogelijk wel aanwijzingen voor vereenzelviging aanwezig waren, maar oordeelde dat deze grondslag onvoldoende door eiser is onderbouwd. De enkele verwevenheid van groepsmaatschappijen en voormelde positie van de bestuurder waren onvoldoende voor het aannemen van vereenzelviging.

De overige rechtspraak die u in deze nieuwsbrief aantreft zijn uitspraken van begin 2012 die in onze databank worden opgenomen.

Hof

Rechtbank