Update
Geachte heer/mevrouw,
Rechtspraak
Graag wijs ik u op de volgende uitspraken.
Fortis
In OR 2013-0421 wordt ingegaan op de beschikking van de Hoge Raad inzake Fortis. De Ondernemingskamer (OK) had vastgesteld dat er sprake was van wanbeleid bij Fortis bij de overname van ABN Amro. De Hoge Raad verwerpt, in navolging van de conclusie van A-G Timmerman, de klachten van Fortis. Volgens de Hoge Raad heeft de OK kunnen concluderen dat er sprake was van het welbewust verstrekken van selectieve en onevenwichtige informatieverstrekking in het kader van aandelenemissie, dat er ernstige tekort gekomen is in (de uitvoering van) het solvabiliteitsbeleid en dat er tekortgeschoten is in het (overige) communicatiebeleid. Volgens de Hoge Raad is er geen sprake van ‘hindsight bias’ en heeft de OK terecht aan mogen nemen dat er een bijzondere en aangescherpte zorgplicht geldt voor een systeembank. De Hoge Raad ziet ook geen problemen in de wijze waarop de OK omgaat met de samenloop tussen de maatstaf voor wanbeleid in de enquêteprocedure en de normen die gelden op basis van de Richtlijn Marktmisbruik en de Wft. Ook de vernietiging van het dechargebesluit laat de Hoge Raad in stand.
Aansprakelijkheid van bestuurders en commissarissen
In OR 2013-0426 worden naast de bestuurders, tevens de commissarissen van de vennootschap aansprakelijk gehouden op grond van artikel 2:248 BW en artikel 2:259 BW jo. 2:10 BW. De administratie van de vennootschap voldeed niet aan de daaraan gestelde eisen. Het bestuur had onvoldoende inzicht in de vermogenspositie van de vennootschap. De RvC heeft onvoldoende zelfstandig informatie ingewonnen omtrent de financiële toestand van de onderneming. Het voorschot op de nader vast te stellen schadevergoeding wordt zowel ten aanzien van de commissarissen als (in mindere mate) ten aanzien van de bestuurders gematigd.
Bestuurdersaansprakelijkheid
In OR 2013-0423 worden de bestuurders van een failliete vennootschap aansprakelijk gehouden op grond van artikel 6:162 BW. In casu heeft de bestuurder de vennootschap zich niet laten verweren jegens een vordering wegens te weinig baten in de vennootschap. Na toewijzing van de vordering houdt eiser de bestuurder(s) aansprakelijk voor de niet-nakoming ervan. De rechtbank oordeelt dat het niet mogelijk is dat een (oud-)bestuurder een aanspraak tegen de door hem bestuurde vennootschap zonder verweer laat toewijzen maar dat hij daarna, wanneer de schuldeiser bij de (oud)bestuurder persoonlijk verhaal zoekt, alsnog de verweren namens de vennootschap voert. De rechtbank komt uiteindelijk tot de conclusie dat de bestuurder(s) deels aansprakelijk is.
In OR 2013-0427 wordt een bestuurder aansprakelijk gehouden op grond van artikel 2:248 BW jo. 2:10 BW en artikel 2:394 BW. Het vermoeden van onbehoorlijk bestuur staat vast. De bestuurder stelt dat er een andere van buiten komende oorzaak is waardoor de vennootschap failliet is gegaan. De curator betwist dat deze van buiten komende oorzaak niet aan de bestuurder te wijten is. De bestuurder wordt vervolgens in de gelegenheid gesteld te bewijzen dat de klachten over misleidende informatie met betrekking tot de opleiding die door de vennootschap verstrekt werd niet waar zijn, althans niet aan hem te wijten zijn.
Betekening akte aan ontbonden rechtspersoon voldoende om verjaring te stoppen
In OR 2013-0425 oordeelt de Hoge Raad dat betekening van een akte aan een ontbonden rechtspersoon die is opgehouden te bestaan op grond van artikel 54 lid 4 Rv voldoende is om een verjaring te stoppen. Het is niet noodzakelijk om de vereffening op de voet van artikel 2:23c lid 1 BW te heropenen.
Rechtspersoon heeft recht op informatie aangaande de rechtspersoon
In OR 2013-0424 wordt van de bestuurders en commissarissen inzicht in de e-mailwisselingen van de rechtspersoon geëist. De rechtbank komt tot de conclusie dat een rechtspersoon dient te kunnen beschikken over de door haar bestuurders of commissarissen in de uitoefening van hun functie met betrekking tot de onderneming van de rechtspersoon gevoerde correspondentie en wijst de vordering toe.
Nietigheid besluit vereniging
In OR 2013-0428, ten slotte, staat de nietigheid van een besluit van het bestuur van een vereniging centraal. Eiser voldoet vanwege een wijziging in de statuten niet meer aan de voorwaarden om volwaardig lid te zijn van de vereniging. Het bestuur zegt vervolgens het lidmaatschap van eiser op. Eiser vordert nietigheid van het besluit en de rechtbank honoreert zijn vordering.
Rest mij nog u een bijzonder goede dag toe te wensen.
Met vriendelijke groet,
Emmanuel Lokin
Hoofdredacteur OR Updates
Hoge Raad
Rechtbank
- Rechtbank Noord-Nederland Aansprakelijkheid van bestuurders en commissarissen op grond van artikel 2:248 BW en artikel 2:259 BW jo. 2:10 BW. De administratie van de vennootschap voldeed niet aan de daaraan gestelde eisen. Het bestuur had onvoldoende inzicht in de vermogenspositie van de vennootschap. De RvC heeft onvoldoende zelfstandig informatie ingewonnen omtrent de financiële toestand van de onderneming. Het voorschot op de nader vast te stellen schadevergoeding wordt zowel ten aanzien van de commissarissen als (in mindere mate) ten aanzien van de bestuurders gematigd 04-12-2013
- Rechtbank Midden-Nederland Eiser voldoet vanwege een wijziging in de statuten niet meer aan de voorwaarden om volwaardig lid te zijn van de vereniging. Het bestuur zegt vervolgens het lidmaatschap van eiser op. Eiser vordert vernietiging/nietigheid van het besluit. Zijn vordering wordt door de rechtbank gehonoreerd 27-11-2013
- Rechtbank Oost-Brabant Financieel recht. Uitleg begrip waarschuwen voor risico’s 27-11-2013
- Rechtbank Rotterdam Bestuurder(s) heeft de vennootschap zich niet laten verweren jegens een vordering wegens te weinig baten in de vennootschap. Na toewijzing van de vordering houdt eiser de bestuurder(s) aansprakelijk voor de niet-nakoming ervan. De rechtbank oordeelt dat het niet mogelijk is dat een (oud-)bestuurder een aanspraak tegen de door hem bestuurde vennootschap zonder verweer laat toewijzen maar dat hij daarna, wanneer de schuldeiser bij de (oud)bestuurder persoonlijk verhaal zoekt, alsnog de verweren namens de vennootschap voert. De rechtbank komt uiteindelijk tot de conclusie dat de bestuurder(s) deels aansprakelijk is 27-11-2013
- Rechtbank Oost-Brabant Bestuurder wordt aansprakelijk gehouden op grond van artikel 2:248 BW jo. 2:10 BW en 2:394 BW. Vermoeden van onbehoorlijk bestuur. De bestuurder stelt dat er een andere van buiten komende oorzaak is waardoor de vennootschap failliet is gegaan. Curator betwist dit. De bestuurder wordt in de gelegenheid gesteld om te bewijzen dat de klachten over misleidende informatie met betrekking tot de opleiding die door de vennootschap verstrekt werd niet waar zijn, althans niet aan hem te wijten zijn 27-11-2013
- Rechtbank Amsterdam Een rechtspersoon dient te kunnen beschikken over de door haar bestuurders of commissarissen in de uitoefening van hun functie met betrekking tot de onderneming van de rechtspersoon gevoerde correspondentie 30-10-2013