Geachte heer/mevrouw,

Bijgaand treft u een nieuwe OR Update aan met daarin een korte weergave van de ondernemingsrechtelijke uitspraken die de afgelopen weken in samenvatting zijn verschenen op www.or-updates.nl. Klik hier om de pdf vanaf de website te downloaden.

Ga naar onze website (www.or-updates.nl) of klik op een or-nummer om de hele samenvatting te lezen of om gebruik te maken van onze zoekmachine om te zoeken op artikelnummer, onderwerp, advocaat, rechter en nog veel meer!

In het bijzonder wijs ik u graag op de volgende uitspraken.

Hoge Raad

Schriftelijkheidsvereiste bij opzegging VOF
In OR 2018-0093 oordeelt de Hoge Raad dat aan een in een vennootschapsakte opgenomen schriftelijkheidsvereiste betekenis kan toekomen bij de beantwoording van de vraag of een telefonische uitlating van een vennoot redelijkerwijs door de andere vennoot mocht worden opgevat als opzegging van de vof.

Hof

Aansprakelijkheid van aandeelhouders voor (afgeleide schade) medeaandeelhouder
In OR 2018-0105 oordeelt het hof in een vervolg van de Leaderland-saga. Het Hof Arnhem-Leeuwarden komt, mede door het onderzoeksrapport uit de OK-procedure, tot het oordeel dat de aandeelhouders aansprakelijk zijn jegens hun medeaandeelhouder voor geleden (afgeleide) schade door op basis van een vooropgezet plan, dat gebaseerd is op list en bedrog, de activa van de vennootschappen te ontvreemden.

Bestuurdersaansprakelijkheid afgewezen
In OR 2018-0106 worden de bestuurders aansprakelijkheid gehouden voor het niet betalen van de huursom, omdat zij de verhuurder in onwetendheid hebben gelaten over het feit dat de vennootschap insolvabel was. De discussie ziet voornamelijk op de bewijslastverdeling. Bestuurdersaansprakelijkheid wordt door het hof afgewezen vanwege onvoldoende bewijs.

Bestuurdersaansprakelijkheid afgewezen
In OR 2018-0103 stelt een financier de bestuurder van een gefailleerde vennootschap aansprakelijk voor het onbetaald blijven van haar vorderingen. Het hof wijst het hoger beroep af, omdat appellanten te weinig hebben gesteld dat sprake is van een situatie die een persoonlijk ernstig verwijt rechtvaardigt. Het hof overweegt ter zake dat in het algemeen betalingsonmacht van de rechtspersoon onvoldoende is voor een persoonlijk ernstig verwijt.

Bestuurdersaansprakelijkheid vanwege het niet doorbetalen van provisies
In OR 2018-0100 komt de aansprakelijkheid van een bestuurder aan bod. Het hof oordeelt dat de indirect bestuurder en enig aandeelhouder van de vennootschap onrechtmatig heeft gehandeld jegens twee voormalige samenwerkingspartners door de door de vennootschap voor hen ontvangen provisies – zonder enige reden – niet door te betalen.

Heropening vereffening na turboliquidatie
In OR 2018-0098 oordeelt het hof, anders dan de rechtbank, tot heropening van de vereffening. De rechtbank heeft – kort gezegd – geoordeeld dat de procedure tot heropening van de vereffening niet ziet op gepretendeerde vorderingen die voortkomen of samenhangen met de procedure tot vereffening. Het hof overweegt dat nagekomen baten in de zin van artikel 2:23c BW ook kunnen ontstaan ten tijde van de vereffeningsprocedure. Daarnaast oordeelt het hof dat de gepretendeerde vordering voldoende aannemelijk is, zodat toewijzing van het verzoek tot heropening van de vereffening gerechtvaardigd is.

Bestuurder is geen werknemer in de zin van de verzekeringsvoorwaarden
In OR 2018-0102 wordt een bestuurder veroordeeld tot betaling van een schadevergoeding aan de verzekeraar. De bestuurder heeft volgens het hof ten onrechte een beroep gedaan op de verzuimverzekering. Het hof oordeelt dat de bestuurder niet kan worden aangemerkt als een ‘werknemer’ in de zin van de verzekeringsvoorwaarden.

Ondernemingskamer

Verzoek tot vervanging of terzijdestelling van de OK-bestuurder afgewezen
In OR 2018-0096 komt het verzoek tot wijziging van de getroffen onmiddellijke voorziening aan bod. Verzocht wordt om de benoemde bestuurder van zijn taken en bevoegdheden te ontheffen en een aangewezen derde in zijn plaats te benoemen, althans dat zal worden bevestigd dat deze derde de statutair bestuurder is en dat aan hem een doorslaggevende stem wordt toegekend.
De OK oordeelt dat, gelet op de gepaste terughoudende toetsing van een dergelijk verzoek, de door belanghebbende aangevoerde feiten niet kunnen leiden tot toewijzing van de gevraagde onmiddellijke voorziening. Een verzoek tot ontheffing van de bestuurder van zijn functie komt slechts voor toewijzing in aanmerking indien is gebleken dat de bestuurder kennelijk onredelijk heeft gehandeld, of naar redelijkerwijze is te verwachten, zal handelen.

Toewijzing vordering tot uitkoop
In OR 2018-0104 komt de vordering tot uitkoop van minderheidsaandeelhouders in DeepOcean aan bod. De OK wijst de vordering toe, en acht het gerechtvaardigd om aan te sluiten bij de biedprijs als billijke vergoeding in de uitkoopprocedure.

Verzoek tot verhoging van het onderzoeksbudget niet te laat
In OR 2018-0097 oordeelt de OK dat het in de rede lag dat de onderzoeker gelijk om verhoging van het onderzoeksbudget had gevraagd, zodra hij voorzag dat het vastgestelde onderzoeksbudget niet toereikend was. Echter, het verzoek is ook niet zodanig laat ingediend, dat het verzoek niet in behandeling kan worden genomen, aldus de OK. De OK wijst de verhoging toe.

Rechtbank

Exhibitieplicht in geval van bestuurdersaansprakelijkheid
In OR 2018-0107 wordt ingegaan op de exhibitieplicht. De rechtbank oordeelt dat een bescheiden noodzakelijk is voor onderbouwing van de vordering uit hoofde van onrechtmatige daad (bestuurdersaansprakelijkheid). Er zou dan ook geen sprake zijn van een fishing expedition.

Bevoegdheid burgerlijke rechter bij kerkelijk geschil
In OR 2018-0099 speelt in een kerkelijk geschil de vraag of de burgerlijke rechter bevoegd is. De voorzieningenrechter oordeelt dat in weerwil van het beginsel van scheiding van kerk en staat de burgerlijk rechter bevoegd is kennis te nemen van het onderhavige geschil, omdat sprake is van een ondoorzichtige interne procedure. Bij de beoordeling van een besluit van een kerkelijk orgaan door de voorzieningenrechter past echter grote terughoudendheid. Er kan niet worden gezegd dat geen redelijk handelend voorzitter tot het desbetreffende besluit had kunnen komen.

Arbeidsrechtelijk en stichtingsrechtelijk ontslag statutair bestuurder
In OR 2018-0094 staat de verhouding tussen een arbeidsrechtelijk ontslag en een statutair ontslag van een statutair bestuurder van een stichting centraal. De kantonrechter acht de stichting ontvankelijk in het verzoek tot ontbinding van de arbeidsovereenkomst hangende een procedure over de rechtsgeldigheid van het stichtingsrechtelijk ontslag.

Hoorplicht bestuurder bij ontslag
In OR 2018-0101 speelt de hoorplicht van een bestuurder bij ontslag op Curaçao. De vordering in kort geding tot het ongedaan maken van het ontslag van de bestuurder wordt door het Gerecht afgewezen. Het in casu niet verschijnen op de algemene vergadering van aandeelhouders komt voor rekening van de ontslagen bestuurder.

Rest mij nog u een bijzonder goede dag toe te wensen.

Met vriendelijke groet,

Emmanuel Lokin
Hoofdredacteur OR Updates