Naar boven ↑

Update

Nummer 7, 2019
Uitspraken van 03-07-2019 tot 23-07-2019
Redactie: prof. mr. E.C.H.J. Lokin, mr. drs. K.H. Boonzaaijer en mr. E.H. Leemreis.

Geachte heer/mevrouw,

Bijgaand treft u een nieuwe OR Update aan. Klik hier om de pdf vanaf de website te downloaden.

Graag wijzen wij u erop dat de nieuwsbrief vanwege de zomerperiode in augustus slechts eenmaal zal verschijnen.

Rechtspraak

Hierbij de nieuwsbrief met daarin een korte weergave van de recent verschenen ondernemingsrechtelijke uitspraken.

Ga naar onze website (www.or-updates.nl) of klik op een or-nummer om de hele samenvatting te lezen. Daar kunt u ook gebruikmaken van onze zoekmachine om te zoeken op artikelnummer, onderwerp, advocaat, rechter en nog veel meer!

In het bijzonder wijs ik u graag op de volgende uitspraken.

Hoge Raad

Belanghebbende vanwege een nauwe betrokkenheid
In OR 2019-0076 wordt door de Hoge Raad nader ingegaan op de vraag wanneer iemand zich kwalificeert als belanghebbende. Het hof had overwogen dat er in casu geen sprake was van een zodanige nauwe betrokkenheid dat appellant aangemerkt diende te worden als belanghebbende. De Hoge Raad is van oordeel dat het hof op grond van de bovenstaande omstandigheden ontoereikend heeft gemotiveerd dat appellant onvoldoende nauw betrokken is of is geweest bij het onderwerp dat in deze procedure wordt behandeld, en daarmee onvoldoende inzicht heeft gegeven in zijn gedachtegang. Daarbij is volgens de Hoge Raad van belang dat aan de door het hof in aanmerking genomen omstandigheid dat appellant geen bestuurder van de Stichting is (geweest) in dit verband geen beslissende betekenis toekomt.
De Hoge Raad vernietigt het bestreden arrest en verwijst de zaak naar een ander hof.

Ondernemingskamer

Zelfenquête, ingediend door bestuurder die onderwerp is van ontslagprocedure, afgewezen
In OR 2019-0073 dient een bestuurder, die onderwerp is van een ontslagprocedure, een enquêteverzoek in bij de stichting en bv’s waarvan hij bestuurder is. Hij stelt dat de betrokken RvT en RvC’s rondom zijn ontslag buiten hun toezichthoudende taak zouden zijn getreden. De OK acht het verzoek van de bestuurder voor zover het de stichting betreft niet-ontvankelijk en wijst het verzoek af voor zover het de bv’s betreft.

Enquêteverzoek afgewezen
In OR 2019-0078 wordt om enquête verzocht bij Massxess BV. De OK wijst het verzoek af en veroordeelt verzoeker in de kosten wegens handelen in strijd met artikel 21 Rv.

Hof

Bestuurdersaansprakelijkheid en doorbraak van aansprakelijkheid aangenomen
In OR 2019-0077 wordt misbruik gemaakt van de wettelijke mogelijkheden om vennootschappen op te richten en te liquideren. Het hof bevestigt dat de bestuurders aansprakelijk zijn op grond van Ontvanger/Roelofsen, dat de moedervennootschap aansprakelijk is op grond van Comsys en dat de zustervennootschap aansprakelijk is op grond van Rainbow.

Bestuurdersaansprakelijkheid bij een stichting aan de hand van het Beklamelcriterium
In OR 2019-0066 vordert de voormalige advocaat van een stichting van de stichting en haar bestuurder schadevergoeding wegens onbetaald gebleven facturen. Het hof acht de bestuurder persoonlijk aansprakelijk, omdat hij niet aan de advocaat heeft gemeld dat betaling van de facturen afhankelijk was van het innen van een vordering waarvoor de advocaat was ingeschakeld.

Bestuurdersaansprakelijkheid bij een stichting wegens onverklaarbare overboekingen
In OR 2019-0068 vordert een stichting van haar voormalige penningmeester schadevergoeding wegens onverklaarbare overboekingen/betalingen voor privédoeleinden. Een beroep op de klachtplicht ex artikel 6:98 BW en op verleende decharges falen. Anders dan de rechtbank wijst het hof de vordering toe.

Post M&A litigation: Prime Champ-concern
In OR 2019-0064 komt het hoger beroep in de rechtszaak rondom het Prime Champ-concern aan bod. De vlak voor het faillissement toegetreden aandeelhouder vordert terugbetaling van een lening, nakoming van een garantstellingsovereenkomst, betaling van boetes wegens handelen in strijd met een aandeelhoudersovereenkomst en een schadevergoeding wegens het verstrekken van onjuiste informatie. In hoger beroep blijft het afwijzende vonnis van de rechtbank grotendeels in stand.

Ontvankelijkheid procedure vof na ontbinding
In OR 2019-0065 wordt namens een ontbonden vof een vordering ingesteld. Gedaagde verweert zich door te stellen dat de vof reeds ontbonden is en dus niet-ontvankelijk dient te worden verklaard. Het hof wijst erop dat de vof na ontbinding blijft voortbestaan zover dit voor de vereffening van het vennootschappelijk vermogen nodig is en zij daarom als zodanig in rechte kan blijven optreden.

Ontvankelijkheid bij verzoek tot vaststelling nietigheid besluiten jegens een ander dan de rechtspersoon
In OR 2019-0070 verzoekt een (voormalig) bestuurder jegens de (nieuwe) andere bestuurders tot vaststelling dat bepaalde besluiten van de vennootschap nietig of non-existent zijn, dan wel worden vernietigd. Het gemeenschappelijk hof heeft geoordeeld dat eiser ontvankelijk is in zijn verzoeken voor zover deze ertoe strekken dat de besluiten nietig dan wel non-existent zijn, omdat een verzoek dat strekt tot vaststelling van de nietigheid van een besluit van een orgaan van een rechtspersoon, ook tegen anderen dan die rechtspersoon kan worden ingesteld, omdat die nietigheid ook de rechtsverhouding tussen anderen dan de rechtspersoon zelf kan bepalen. Om dezelfde reden kan ook een verzoek met de strekking dat een besluit non-existent is, tegen anderen dan de rechtspersoon zelf worden ingesteld. Wel acht het hof eiser niet-ontvankelijk in zijn verzoeken die ertoe strekken dat de besluiten vernietigbaar zijn, omdat dit verzoek alleen kan worden ingesteld tegen de rechtspersoon zelf. Het hof handhaaft echter zijn oordeel dat in onderhavige procedure het ontbreken van een separate stemming over de nieuwe bestuursleden niet leidt tot fundamentele nietigheid van hun benoemingsbesluit.

Verbodenverklaring en ontbinding Satudarah
In OR 2019-0079 komt het hoger beroep aan de orde tegen het toegewezen verzoek tot verbodenverklaring en ontbinding van Satudarah. Het hof bekrachtigt de beschikking van de rechtbank, behoudens het gedeelte waarbij deze beschikking uitvoerbaar bij voorraad is verklaard.

Rechtbank

Bestuurdersaansprakelijkheid waarbij de vennootschap de bewijslast draagt, maar op bestuurder een verzwaarde motiveringsplicht rust
In OR 2019-0069 vordert een vennootschap schadevergoeding van haar voormalig statutair directeur wegens fraude. De rechtbank oordeelt dat de vennootschap de bewijslast draagt van de gestelde fraude, maar dat op de directeur een verzwaarde motiveringsplicht rust. Aangezien de bestuurder meermaals heeft gehandeld in strijd met statutaire bepalingen die de vennootschap beogen te beschermen en in strijd met de tegenstrijdigbelangregeling, oordeelt de rechtbank dat hem een ernstig verwijt kan worden gemaakt.

Verbodenverklaring en ontbinding Hells Angels
In OR 2019-0074 verzoekt het OM tot verbodenverklaring en ontbinding van de Hells Angels. De wereldwijde Hells Angels organisatie kan worden aangemerkt als een corporatie als bedoeld in artikel 10:122 BW. De Nederlandse tak, Hells Angels Motorcycle Club Holland, wordt verboden en ontbonden op grond van artikel 2:20 BW, omdat de Hells Angels zich conformeren aan de geweldscultuur die de Hells Angels kenmerkt. Het gevolg van dit ernstige geweld is dat de Nederlandse samenleving wordt ontwricht of kan worden ontwricht.

Verzoek tot benoeming bestuurders bij een stichting ex artikel 2:299 BW
In OR 2019-0071 wordt verzocht om benoeming van bestuurders ex artikel 2:299 BW door werknemers bij een zorgstichting. Artikel 2:299 BW schrijft voor dat belanghebbenden een verzoek mogen doen tot benoeming van bestuurders indien het bestuur geheel of gedeeltelijk ontbreekt en in de statuten niet in een dergelijke situatie wordt voorzien. Volgens de rechtbank is onvoldoende onderbouwd dat er al bestuurders zijn herbenoemd waardoor artikel 2:299 BW niet van toepassing zou zijn. Verder noopt het bestuursconflict tot benoeming van een geheel nieuw bestuur in plaats van alleen een interim-bestuurder die vervolgens een bestuur samenstelt, aldus de rechtbank.

Verzoek tot statutenwijziging stichting Curaçao
In OR 2019-0067 verzoekt het bestuur van een stichting wijziging van het statutaire doel op grond van artikel 53 BW van Curaçao (vrijwel gelijk aan art. 2:294 BW). Het Gerecht wijst het verzoek toe voor zover het ziet op artikelen die conform de statuten niet gewijzigd kunnen worden.

Rest mij nog u een bijzonder goede dag toe te wensen.

Met vriendelijke groet,

Emmanuel Lokin
Hoofdredacteur OR Updates

Hoge Raad

Hof

Rechtbank

Antillen