Update
Geachte mevrouw/heer,
Bijgaand treft u een nieuwe OR Update aan.
Rechtspraak
In deze nieuwsbrief vindt u een overzicht van de rechtspraak die de afgelopen twee weken op www.or-updates.nl is gepubliceerd.
Onderaan deze mail vindt u handige linkjes met weekoverzichten per instantie en kunt u de pdf met alle nieuw toegevoegde samenvattingen van ondernemingsrechtelijke uitspraken vanaf de website downloaden.
Ik licht de volgende uitspraken hier voor u uit:
Oud-bestuurder/Stichting Agnie en bestuurder in vrijwaring
In OR 2022-0218 spreekt een stichting een van haar oud-bestuurders aan, onder meer op basis van bestuurdersaansprakelijkheid. De aangesproken bestuurder verweert zich onder meer door erop te wijzen dat het complete bestuur van de stichting zich schuldig heeft gemaakt aan onbehoorlijk bestuur, ook de inmiddels enig achtergebleven bestuurder van de stichting. Zij heeft deze bestuurder daarom in vrijwaring opgeroepen. De rechtbank wijst een groot deel van de vorderingen van de stichting toe. Het hof oordeelt echter dat maar een klein deel van de vorderingen van de stichting kan worden toegewezen. De belangrijkste reden daarvoor is dat het hof oordeelt dat het naar maatstaven van redelijkheid en billijkheid onaanvaardbaar is (ex art. 2:8 lid 2 BW) dat de stichting de oud-bestuurder aanspreekt, maar niet de (op dat moment enig) bestuurder van de stichting zelf. De huidige bestuurder is namelijk net als de oud-bestuurder schuldig aan onbehoorlijk bestuur van de stichting. De huidige bestuurder heeft voor de stichting besloten om de oud-bestuurder en niet zichzelf aan te spreken, en blijft daardoor buiten schot. Het hof oordeelt dat de stichting zich daardoor niet kan verhalen op de oud-bestuurder.
Statutaire aanbiedingsplicht bij gelegateerde aandelen
In OR 2022-0224 legateert een erflater zijn aandelen in een familiebedrijf aan een neef. De broers van de erflater vorderen dat de aandelen op grond van de aanbiedingsregeling in de statuten aan hen moeten worden aangeboden. De statuten zijn echter gewijzigd, waarbij een uitzondering is toegevoegd waardoor de aanbiedingsregeling in deze specifieke omstandigheden niet geldt. De rechtbank oordeelt dat het besluit tot statutenwijziging weliswaar vernietigbaar is, maar dat de vervaltermijn van een jaar reeds is verlopen. Voorts oordeelt de rechtbank dat de uitzondering op de statutaire aanbiedingsplicht van toepassing is op de gelegateerde aandelen. De rechtbank oordeelt dat de aandelen niet aan de broers hoeven te worden aangeboden en wijst de vorderingen af.
Geschil tussen bestuurders AriJo Vastgoed B.V.
In OR 2022-0225 wil een bestuurder, tevens 50%-aandeelhouder, die enkele jaren feitelijk afwezig is geweest binnen de betreffende vennootschap, wederom een actieve rol bekleden. In dit verband wenst hij onder meer toegang tot de administratie, hetgeen hem kennelijk (deels) onthouden wordt door zijn medebestuurder (eveneens 50%-aandeelhouder). De rechtbank oordeelt dat voornoemde medebestuurder deze toegang dient te verlenen. De rechtbank meent evenwel niet dat sprake is van onrechtmatig handelen in dit verband. Voorts verklaart de rechtbank de besluiten nietig die zijn genomen gedurende een tijdvak van vijf jaar in aandeelhoudersvergaderingen, omdat één van de twee aandeelhouders daaraan niet heeft deelgenomen, nu de vergaderingen ofwel nooit daadwerkelijk hebben plaatsgevonden, ofwel de aandeelhouder daarvoor nooit is opgeroepen.
Onze zoekfunctie
Wist u dat OR Updates uit meer bestaat dan deze nieuwsbrief?
Onze website biedt u bijvoorbeeld de mogelijkheid om op doeltreffende wijze de database te doorzoeken, zodat u de voor u relevante uitspraken kunt vinden. Zo kunt u bijvoorbeeld zoeken op onderwerp, instantie, rechter of advocaat.
Kijk hier voor meer informatie over de mogelijkheden.
Inzenden eigen rechtspraak
Beschikt u zelf over een nog niet gepubliceerde uitspraak die relevant is voor de ondernemingsrechtpraktijk en rechtsontwikkeling, dan kunt u mailen naar or-updates@budh.nl. Wij stellen dat erg op prijs.
Vragen of opmerkingen
Mocht u vragen of opmerkingen hebben over deze nieuwsbrief, dan kunt u mailen naar info@boomjuridisch.nl.
Met vriendelijke groet,
Karel Boonzaaijer
Hoofdredacteur OR Updates
Hof
- Ondernemingskamer Gerechtshof Amsterdam OK; uitkoopprocedure. Nadat zij middels een openbaar bod in de zin van artikel 5:74 Wft meer dan 95% van de aandelen in een onderneming verschaft, vordert een aandeelhouder in een uitkoopprocedure ex artikel 2:92a BW dat de gezamenlijke andere aandeelhouders worden veroordeeld hun aandelen aan haar over te dragen. De OK oordeelt dat is voldaan aan de vereisten vervat in artikel 2:92a BW en dat de biedprijs ten tijde van de betaalbaarstelling van het bod ten minste gelijk was aan de waarde van de aandelen van Neways, zodat de uitkoopprijs per peildatum kan worden vastgesteld op de biedprijs. De OK wijst de vordering van de aandeelhouder toe. 13-09-2022
- Gerechtshof 's-Hertogenbosch De erfgenaam van een werknemer, die een onbetaalde vordering heeft op zijn ex-werkgever uit hoofde van een schadevergoeding wegens onregelmatig ontslag, vordert betaling van deze vordering door de indirecte bestuurders van de werkgever (die inmiddels failliet is verklaard). Volgens de erfgenaam hebben deze bestuurders bewerkstelligd dan wel toegelaten dat de vordering van de werknemer niet werd betaald. De indirecte bestuurders stellen dat de werkgever onvoldoende financiële middelen had om de vordering van de werknemer te voldoen. In geschil is of de (indirecte) bestuurders onrechtmatig hebben gehandeld tegenover de werknemer. Het hof oordeelt – net als de rechtbank – dat de direct bestuurder van de werkgever onrechtmatig heeft gehandeld tegenover de werknemer door te bewerkstelligen dan wel toe te laten dat de vordering van de werknemer niet is betaald. Op grond van artikel 2:11 BW komt deze aansprakelijk tevens hoofdelijk te rusten op de indirecte bestuurders. 30-08-2022
- Gerechtshof Den Haag Een stichting spreekt een van haar oud-bestuurders aan, onder meer op basis van bestuurdersaansprakelijkheid. De aangesproken bestuurder verweert zich onder meer door erop te wijzen dat het complete bestuur van de stichting zich schuldig heeft gemaakt aan onbehoorlijk bestuur, ook de inmiddels enig achtergebleven bestuurder van de stichting. Zij heeft deze bestuurder daarom in vrijwaring opgeroepen. De rechtbank wijst een groot deel van de vorderingen van de stichting toe. Het hof oordeelt echter dat maar een klein deel van de vorderingen van de stichting kan worden toegewezen. De belangrijkste reden daarvoor is dat het hof oordeelt dat het naar maatstaven van redelijkheid en billijkheid onaanvaardbaar is (ex art. 2:8 lid 2 BW) dat de stichting de oud-bestuurder aanspreekt, maar niet de (op dat moment enig) bestuurder van de stichting zelf. De huidige bestuurder is namelijk net als de oud-bestuurder schuldig aan onbehoorlijk bestuur van de stichting. De huidige bestuurder heeft voor de stichting besloten om de oud-bestuurder en niet zichzelf aan te spreken, en blijft daardoor buiten schot. Het hof oordeelt dat de stichting zich daardoor niet kan verhalen op de oud-bestuurder. 02-08-2022
- Gerechtshof Amsterdam Een bestuurder van een stichting verzoekt het ontslag van andere bestuurders van de stichting op grond van artikel 2:298 (oud) BW. Het hof bekrachtigt de door de rechtbank gewezen beschikking waarin zij besliste tot ontslag van de bestuurders omdat zij geld van de stichting aan zichzelf hebben overgemaakt. 26-07-2022
- Gerechtshof Den Haag Een lid van een vereniging laat zich online grievend uit over de vereniging en enkele van haar leden. De vraag staat centraal of de vereniging daarop het lidmaatschap van het betreffende lid heeft mogen opzeggen. Het hof concludeert dat de vereniging in redelijkheid tot die maatregel heeft kunnen komen, nu de belangen van de vereniging die worden gediend met de opzegging zwaarder wegen dan de belangen van het lid om zijn lidmaatschap van de vereniging te behouden. 19-07-2022
Rechtbank
- Rechtbank Den Haag Een bestuurder, tevens 50%-aandeelhouder, die enkele jaren feitelijk afwezig is geweest binnen de betreffende vennootschap, wil wederom een actieve rol bekleden. In dit verband wenst hij onder meer toegang tot de administratie, hetgeen hem kennelijk (deels) onthouden wordt door zijn medebestuurder (eveneens 50%-aandeelhouder). De rechtbank oordeelt dat voornoemde medebestuurder deze toegang dient te verlenen. De rechtbank meent evenwel niet dat sprake is van onrechtmatig handelen in dit verband. Voorts verklaart de rechtbank de besluiten nietig die zijn genomen gedurende een tijdvak van vijf jaar in aandeelhoudersvergaderingen, omdat één van de twee aandeelhouders daaraan niet heeft deelgenomen, nu de vergaderingen ofwel nooit daadwerkelijk hebben plaatsgevonden, ofwel de aandeelhouder daarvoor nooit is opgeroepen. 26-08-2022
- Rechtbank Rotterdam Deze procedure betreft een geschil tussen twee aandeelhouders van een vennootschap. Een van de aandeelhouders heeft eerder een deel van zijn aandelen in het kapitaal van de vennootschap verkocht aan de andere aandeelhouder en daarbij is uitgestelde betaling van een deel van de koopsom voor de aandelen overeengekomen. Centraal staat de vraag of het uitgestelde deel van de koopsom betaald moet worden door de kopende aandeelhouder aan de verkopende aandeelhouder of dat conform de gemaakte afspraken dat deel bij wijze van kapitaalinjectie in de vennootschap gestort mag worden. De rechtbank overweegt kort gezegd dat de in dat kader gemaakte afspraken niet vernietigbaar zijn wegens misbruik van omstandigheden en dat het aandeelhoudersbesluit waarbij besloten is tot de kapitaalinjectie evenmin vernietigbaar is. Dit heeft tot gevolg dat de verkopende aandeelhouder geen aanspraak kan maken op betaling van een eerste nabetaling, waarvoor al het voormelde aandeelhoudersbesluit tot kapitaalinjectie is genomen, maar wel op betaling van een (thans opeisbare) tweede nabetaling, nu daarvoor (nog) geen kapitaalinjectiebesluit is genomen door de algemene vergadering van de vennootschap. Verder wijst de rechtbank een vordering tot uittreding af wegens (onder meer) onvoldoende onderbouwing en oordeelt zij dat er ook geen grond is voor vergoeding van afgeleide schade. 13-07-2022
- Rechtbank Overijssel Een erflater legateert zijn aandelen in een familiebedrijf aan een neef. De broers van de erflater vorderen dat de aandelen op grond van de aanbiedingsregeling in de statuten aan hen moeten worden aangeboden. De statuten zijn echter gewijzigd, waarbij een uitzondering is toegevoegd waardoor de aanbiedingsregeling in deze specifieke omstandigheden niet geldt. De rechtbank oordeelt dat het besluit tot statutenwijziging weliswaar vernietigbaar is, maar dat de vervaltermijn van een jaar reeds is verlopen. Voorts oordeelt de rechtbank dat de uitzondering op de statutaire aanbiedingsplicht van toepassing is op de gelegateerde aandelen. De rechtbank oordeelt dat de aandelen niet aan de broers hoeven te worden aangeboden en wijst de vorderingen af. 15-06-2022
- Rechtbank Zeeland-West-Brabant Een stichting heeft een woning en vijf omliggende percelen gekocht van de curator van de bestuurder, zijn echtgenote en een vof waarvan zij vennoten waren. De stichting heeft deze woning gekocht, zodat de bestuurder en zijn echtgenote in de woning konden blijven wonen. In 2004 is het faillissement van de bestuurder opgeheven en heeft hij de woning teruggekocht van de stichting. De percelen zijn in de stichting achtergebleven. Met name vanaf 2014 is de stichting aandelen gaan houden in diverse vennootschappen. Een aantal vennootschappen maakt gebruik van de percelen van de stichting. Een van deze vennootschappen is failliet verklaard en de bestuurder is veroordeeld tot betaling van een voorschot op het boedeltekort op grond van artikel 2:248 BW. De in dit faillissement benoemde curator stelt in de onderhavige procedure dat de stichting misbruik maakt van het identiteitsverschil tussen de bestuurder en de stichting en stelt de stichting aansprakelijk ten behoeve van de gezamenlijke schuldeisers. De rechtbank wijst de vorderingen van de curator af, omdat de curator onvoldoende heeft onderbouwd dat de stichting de percelen enkel houdt met het oogmerk om de percelen buiten het vermogen van de bestuurder te houden en zo het verhaal van zijn gezamenlijke schuldeisers te frustreren. 25-05-2022