Update
Geachte mevrouw/heer,
Bijgaand treft u een nieuwe OR Update aan.
Rechtspraak
In deze nieuwsbrief vindt u een overzicht van de rechtspraak die de afgelopen twee weken op www.or-updates.nl is gepubliceerd.
Onderaan deze mail vindt u handige linkjes met weekoverzichten per instantie en kunt u de pdf met alle nieuw toegevoegde samenvattingen van ondernemingsrechtelijke uitspraken vanaf de website downloaden.
Ik licht de volgende uitspraken hier voor u uit:
VVMZ East European Investment Services B.V./AKRO Consulting B.V.
In OR 2022-0021 komt een medebestuurder van een joint venture vier minuten te laat op de aandeelhoudersvergadering en wordt ontslagen. De ontslagen medebestuurder vecht in eerste aanleg het ontslagbesluit met succes aan en de tegenvorderingen van de joint venture worden afgewezen. De joint venture gaat in hoger beroep en ook het hof oordeelt dat de totstandkoming van het ontslagbesluit in strijd is met de redelijkheid en billijkheid, nu de aandeelhoudersvergadering enige tijd had moeten en kunnen wachten. Wel oordeelt het hof dat de ontslagen medebestuurder aansprakelijk is jegens de joint venture wegens onbehoorlijke taakvervulling.
Eindhovense Hengelsport Vereniging/Bestuurder (voorzitter en interim-penningmeester)
In OR 2022-0023 heeft de interim-penningmeester – tevens voorzitter van het bestuur – van een vereniging zijn zoon toegang gegeven tot de inloggegevens voor internetbankieren van de bankrekening van de vereniging. De zoon heeft op enig moment enkele grote bedragen overgemaakt naar onbekende partijen. De vereniging vordert veroordeling van de interim-penningmeester tot betaling van het totaal van deze overgemaakte bedragen. De rechtbank oordeelt dat geen sprake is van groepsaansprakelijkheid (art. 6:166 BW), omdat onvoldoende is toegelicht dat sprake was van afstemming of consensus tussen de interim-penningmeester en zijn zoon. De rechtbank oordeelt dat wel sprake is van bestuurdersaansprakelijkheid (art. 2:9 BW) en dat de interim-penningmeester een persoonlijk ernstig verwijt treft, omdat het op de weg van de interim-penningmeester had gelegen om voldoende toezicht te houden op de verrichtingen van zijn zoon, hetgeen hij heeft nagelaten.
Enquête Beheer Sliedrecht B.V.
OK; enquête. In OR 2022-0026 heeft de OK eerder een onderzoek bevolen naar een vennootschap binnen een baggerconcern. Bij wijze van onmiddellijke voorziening is een tijdelijk commissaris benoemd bij deze vennootschap. Een van de drie certificaathouders van het baggerconcern legt zich niet neer bij de mede door deze commissaris gekozen strategie, die neerkomt op verkoop van het concern. De certificaathouder benadert de commissaris, de bestuurders van de vennootschap en vele anderen geregeld. De vennootschap verzoekt onmiddellijke voorzieningen die de certificaathouder daar in het vervolg van weerhouden, althans in beperken. De OK wijst de gevraagde voorzieningen toe waar deze de door haar benoemde commissaris betreffen, en wijst deze voor het overige af.
Onze zoekfunctie
Wist u dat OR Updates uit meer bestaat dan deze nieuwsbrief?
Onze website biedt u bijvoorbeeld de mogelijkheid om op doeltreffende wijze de database te doorzoeken, zodat u de voor u relevante uitspraken kunt vinden. Zo kunt u bijvoorbeeld zoeken op onderwerp, instantie, rechter of advocaat.
Kijk hier voor meer informatie over de mogelijkheden.
Inzenden eigen rechtspraak
Beschikt u zelf over een nog niet gepubliceerde uitspraak die relevant is voor de ondernemingsrechtpraktijk en rechtsontwikkeling, dan kunt u mailen naar or-updates@budh.nl. Wij stellen dat erg op prijs.
Vragen of opmerkingen
Mocht u vragen of opmerkingen hebben over deze nieuwsbrief, dan kunt u mailen naar info@boomjuridisch.nl.
Met vriendelijke groet,
Emmanuel Lokin
Hoofdredacteur OR Updates
Hof
- Gerechtshof Arnhem-Leeuwarden Een vennootschap is met een reder een BIMCO Charter Party aangegaan voor de bevrachting van een schip. Nu de vennootschap haar betalingsverplichtingen niet nakomt, spreekt de reder de bestuurder van de vennootschap aan op grond van de Beklamelnorm. Het hof komt tot het voorlopig oordeel dat de Beklamelnorm inderdaad is geschonden bij het aangaan van de overeenkomst, maar geeft de bestuurder de gelegenheid om te reageren op dit voorlopig oordeel en op een aantal door de reder aangevoerde stellingen. 11-01-2022
- Gerechtshof Den Haag De voormalig bestuurder van een vennootschap wordt aansprakelijk gehouden voor het boedeltekort in faillissement op grond van artikel 2:248 BW. De bestuurder heeft enkele maanden geen administratie gevoerd en jaarrekeningen structureel niet of te laat gedeponeerd. Daarom staat kennelijk onbehoorlijk bestuur vast en wordt vermoed dat dit een belangrijke oorzaak is van het faillissement. De bestuurder stelt dat hij de aandelen heeft verkocht aan een derde en dat het faillissement is veroorzaakt door het nietsdoen van de koper. Het hof ziet hierin geen grond om de bestuurder niet aansprakelijk te houden. Op de bestuurder rustte de verplichting enig onderzoek te doen naar de persoon en de achtergrond van de koper. Als het faillissement is veroorzaakt door de koper als katvanger, dan komt dat voor rekening van de bestuurder, nu hij dit onderzoek niet heeft verricht. 28-12-2021
- Gerechtshof Amsterdam Een bestuurder is door een stichting die toeziet op de naleving van cao’s waaraan de inmiddels gefailleerde vennootschap moest voldoen, aansprakelijk gesteld en door de rechtbank gehouden voor onder meer forfaitaire schadevergoeding vanwege het niet meewerken door de vennootschap aan het nalevingsonderzoek door de stichting. Het hof wijst de vorderingen van de stichting jegens de bestuurder in hoger beroep alsnog af. De bestuurder wist niet of had niet redelijkerwijze behoren te begrijpen dat de handelwijze van de vennootschap tot gevolg zou hebben dat de onderneming geen verhaal zou bieden. 21-12-2021
- Gerechtshof Den Haag Een medebestuurder van een joint venture komt vier minuten te laat op de aandeelhoudersvergadering en wordt ontslagen. De ontslagen medebestuurder vecht in eerste aanleg het ontslagbesluit met succes aan en de tegenvorderingen van de joint venture worden afgewezen. De joint venture gaat in hoger beroep en ook het hof oordeelt dat de totstandkoming van het ontslagbesluit in strijd is met de redelijkheid en billijkheid, nu de aandeelhoudersvergadering enige tijd had moeten en kunnen wachten. Wel oordeelt het hof dat de ontslagen medebestuurder aansprakelijk is jegens de joint venture wegens onbehoorlijke taakvervulling. 09-11-2021
- Ondernemingskamer Gerechtshof Amsterdam OK; enquête. De OK heeft eerder een onderzoek bevolen naar een vennootschap binnen een baggerconcern. Bij wijze van onmiddellijke voorziening is een tijdelijk commissaris benoemd bij deze vennootschap. Een van de drie certificaathouders van het baggerconcern legt zich niet neer bij de mede door deze commissaris gekozen strategie, die neerkomt op verkoop van het concern. De certificaathouder benadert de commissaris, de bestuurders van de vennootschap en vele anderen geregeld. De vennootschap verzoekt onmiddellijke voorzieningen die de certificaathouder daar in het vervolg van weerhouden, althans in beperken. De OK wijst de gevraagde voorzieningen toe waar deze de door haar benoemde commissaris betreffen, en wijst deze voor het overige af. 06-08-2021
- Ondernemingskamer Gerechtshof Amsterdam OK; enquête. Een centrale cliëntenraad heeft de OK in een eerder stadium verzocht een onderzoek te gelasten vanwege verstoorde verhoudingen binnen de cliëntenmedezeggenschap. Onder leiding van door de OK aangewezen procesbegeleiders wijzigt de samenstelling van de centrale cliëntenraad, waarop deze zijn enquêteverzoek intrekt. Enkele belanghebbenden bij de procedure stellen dat hun belang bij het voortzetten van de procedure moet prevaleren boven het belang van de centrale cliëntenraad tot intrekking van het enquêteverzoek. De OK is van oordeel dat de gronden van het enquêteverzoek dankzij de inspanningen van de procesbegeleiders zijn komen te vervallen en dat de centrale cliëntenraad een valide reden heeft voor het intrekken daarvan. 15-03-2021
Rechtbank
- Rechtbank Oost-Brabant De interim-penningmeester – tevens voorzitter van het bestuur – van een vereniging heeft zijn zoon toegang gegeven tot de inloggegevens voor internetbankieren van de bankrekening van de vereniging. De zoon heeft op enig moment enkele grote bedragen overgemaakt naar onbekende partijen. De vereniging vordert veroordeling van de interim-penningmeester tot betaling van het totaal van deze overgemaakte bedragen. De rechtbank oordeelt dat geen sprake is van groepsaansprakelijkheid (art. 6:166 BW), omdat onvoldoende is toegelicht dat sprake was van afstemming of consensus tussen de interim-penningmeester en zijn zoon. De rechtbank oordeelt dat wel sprake is van bestuurdersaansprakelijkheid (art. 2:9 BW) en dat de interim-penningmeester een persoonlijk ernstig verwijt treft, omdat het op de weg van de interim-penningmeester had gelegen om voldoende toezicht te houden op de verrichtingen van zijn zoon, hetgeen hij heeft nagelaten. 15-12-2021
- Rechtbank Amsterdam De rechtbank oordeelt over het bestuursconflict bij het Cornelius Haga Lyceum en stelt na uitleg van de statuten vast dat de voorzitter rechtsgeldig tot het ontslag van de secretaris heeft kunnen besluiten. De vordering van de secretaris tot vernietiging van het ontslagbesluit wordt afgewezen. 27-10-2021
- Rechtbank Noord-Holland Een voormalig bestuurder heeft een met de vennootschap concurrerend bedrijf opgericht zonder zijn medebestuurders en aandeelhouders in te lichten. Na zijn ontslag stellen de medebestuurders hem en zijn persoonlijke holding aansprakelijk. De rechtbank oordeelt dat de voormalig bestuurder de belangen van de vennootschap heeft veronachtzaamd en er sprake is van ernstig verwijtbare onbehoorlijke taakvervulling. De bestuurder is volledig aansprakelijk voor de schade van de vennootschap, de holding voor de helft van het bedrag, omdat de holding nog geen bestuurder was op het moment van oprichting van de concurrerende vennootschap maar wel tijdens een gedeelte van de concurrerende activiteiten. 20-10-2021