Naar boven ↑

Update

Nummer 11, 2023
Uitspraken van 23-05-2023 tot 05-06-2023
Redactie: prof. mr. E.C.H.J. Lokin, mr. drs. K.H. Boonzaaijer en mr. E.H. Leemreis.

Geachte mevrouw/heer,

Bijgaand treft u een nieuwe OR Update aan.

Rechtspraak
In deze nieuwsbrief vindt u een overzicht van de rechtspraak die de afgelopen periode op www.or-updates.nl is gepubliceerd.
Onderaan deze mail vindt u handige linkjes met weekoverzichten per instantie en kunt u de pdf met alle nieuw toegevoegde samenvattingen van ondernemingsrechtelijke uitspraken vanaf de website downloaden.

Wij lichten de volgende uitspraken hier voor u uit:

Hoge Raad 31 maart 2023, OR 2023-0111, Enquête Prien Holding B.V. en Gravier E. Beheer B.V.
Twee (middellijk) aandeelhouders van twee vennootschappen die actief zijn in de vastgoedsector raken na een financiële tegenvaller in conflict met elkaar. In een daaropvolgende enquêteprocedure oordeelt de OK, nadat een door de OK aangewezen onderzoeker zijn verslag uitbrengt, dat er onvoldoende aanknopingspunten zijn om vast te stellen dat sprake is geweest van wanbeleid. De curator van een van de inmiddels failliet verklaarde vennootschappen stelt cassatieberoep in tegen de beschikking van het OK in de zaken van beide vennootschappen. De cassatiemiddelen zien er – kort gezegd – op dat de OK ten onrechte de onderzoeksvraag te beperkt geformuleerd zou hebben en feiten uit het onderzoeksverslag die zouden moeten leiden tot het oordeel dat sprake is geweest van wanbeleid, niet heeft meegewogen. Daarnaast klaagt de curator dat het niet veroordelen van twee oud-bestuurders (tevens middellijk aandeelhouders) in de kosten onvoldoende is gemotiveerd. A-G Assink concludeert tot verwerping van de cassatieklachten. Volgens de A-G kan het eventueel door de OK op basis van artikel 2:355 lid 1 BW te vellen wanbeleidoordeel niet los worden gezien van wat de OK de onderzoeker(s) heeft opgedragen of toegestaan te betrekken in het onderzoek en de neerslag daarvan in het onderzoeksverslag. Volgens de A-G moet de OK zich in beginsel richten naar de in het verslag door de onderzoeker conform de onderzoeksopdracht opgenomen bevindingen ten aanzien van het onderwerp van het gelaste onderzoek. Daarbuiten zou de OK volgens de A-G geen oordeel moeten vellen of uit dit verslag van zulk wanbeleid is gebleken. De Hoge Raad volgt de conclusie van de A-G en verwerpt het cassatieberoep.

Hoge Raad 21 april 2023, OR 2023-0108, Minister van Financiën/Stichting Beheer SNS Reaal, FNV, VEB e.a.
De Hoge Raad verwerpt het beroep in cassatie van de Minister van Financien tegen de eindbeschikking van de OK in de procedure over de onteigening van de SNS Bank. De OK stelde in die beschikking de schadeloosstelling voor de onteigening van effecten, uitgegeven door SNS Bank en SNS Reaal en van vorderingen op die vennootschappen vast. De Minister van Financiën komt tegen de eindbeschikking van de OK in beroep in cassatie. De kern van het bezwaar van de Minister van Financiën is dat de door de OK bepaalde waarde van de achtergestelde obligaties en leningen ver ligt boven de waarde die zij volgens hem op het moment van de onteigening werkelijk hadden. De klachten richten zich vooral op oordelen van de OK, waarmee zij heeft aangesloten bij een deskundigenrapport. De Hoge Raad stelt voorop dat een rechter een beperkte motiveringsplicht heeft ten aanzien van zijn beslissing om de bevindingen van een deskundige al dan niet te volgen. De klachten van de minister zien vooral op door de OK gemaakte keuzes bij het toepassen van de maatstaf om de schadeloosstelling te bepalen. Die klachten slagen niet omdat de uitleg van de OK geen blijk geeft van een onjuiste rechtsopvatting en niet onbegrijpelijk of onvoldoende is gemotiveerd. In de uitspraak van de OK omtrent de kosten van het geding (art. 6:11 lid 4 Wft) stelde de OK een algemeen plafond vast voor de kosten van belanghebbenden. De OK heeft een grote mate van vrijheid bij de bepaling welke omvang van kosten redelijk is en heeft daarbij niet individueel hoeven toetsen. De Hoge Raad vindt de bepaling van een algemeen plafond niet onbegrijpelijk. De Hoge Raad verwerpt het beroep.

Gerechtshof Amsterdam (OK) 6 april 2023, OR 2023-0110, Enquête i3 Holding B.V. en i3 Nederland B.V.
Enquête. Tweede fase. Een middellijk meerderheidsaandeelhouder, tevens middellijk bestuurder, van een vennootschap wordt door de minderheidsaandeelhouders verweten dat hij met name zichzelf en zijn familie heeft bevoordeeld, ten nadele van de vennootschap. De OK heeft eerder een onderzoek bevolen naar het beleid en de gang van zaken van de vennootschap en de (klein)dochterondernemingen (concernenquête), en heeft onmiddellijke voorzieningen getroffen. In de tweede fase van de enquêteprocedure verzoeken de minderheidsaandeelhouders de OK vast te stellen dat sprake is van wanbeleid en dat de meerderheidsaandeelhouder en enig bestuurder daarvoor verantwoordelijk is. De OK oordeelt dat uit het onderzoeksverslag blijkt van wanbeleid en dat de bestuurder daarvoor verantwoordelijk is. De bestuurder wordt door de OK ontslagen als bestuurder en de eerder aangestelde OK-bestuurder zal voor vooralsnog drie jaar bestuurder blijven. De in beheer overgedragen aandelen blijven voor vooralsnog de duur van drie jaar in beheer. De OK vernietigt de besluiten tot verlening van decharge aan de bestuurder en een besluit tot vaststelling van de managementvergoeding van de bestuurder.

Onze zoekfunctie
Wist u dat OR Updates uit meer bestaat dan deze nieuwsbrief?
Onze website biedt u bijvoorbeeld de mogelijkheid om op doeltreffende wijze de database te doorzoeken, zodat u de voor u relevante uitspraken kunt vinden. Zo kunt u bijvoorbeeld zoeken op onderwerp, instantie, rechter of advocaat.
Kijk hier voor meer informatie over de mogelijkheden.

Inzenden eigen rechtspraak
Beschikt u zelf over een nog niet gepubliceerde uitspraak die relevant is voor de ondernemingsrechtpraktijk en rechtsontwikkeling, dan kunt u mailen naar or-updates@budh.nl. Wij stellen dat erg op prijs.

Vragen of opmerkingen
Mocht u vragen of opmerkingen hebben over deze nieuwsbrief, dan kunt u mailen naar info@boomjuridisch.nl.

Met vriendelijke groet,

Karel Boonzaaijer, Corinne Kuipers, Evert Leemreis en Emmanuel Lokin
Hoofdredactie OR Updates

Hoge Raad

Hof

Rechtbank