Update
Geachte mevrouw/heer,
Bijgaand treft u een nieuwe OR Update aan.
Rechtspraak
In deze nieuwsbrief vindt u een overzicht van de rechtspraak die de afgelopen periode op www.or-updates.nl is gepubliceerd.
Onderaan deze mail vindt u handige linkjes met weekoverzichten per instantie en kunt u de pdf met alle nieuw toegevoegde samenvattingen van ondernemingsrechtelijke uitspraken vanaf de website downloaden.
Wij lichten de volgende uitspraken hier voor u uit:
Enquête SNS Reaal N.V. en SNS Bank N.V./VEB c.s.
In OR 2023-0040 heeft de OK eerder een onderzoek naar het beleid en de gang van zaken bij SNS Reaal N.V. en SNS Bank N.V. bevolen nadat de VEB hierom had verzocht. Op basis van het onderzoeksverslag komt de OK tot het oordeel dat geen sprake is van wanbeleid. De OK stelt vast dat uit het onderzoeksverslag blijkt dat in de onderzoeksperiode door het bestuur op onderdelen fouten zijn gemaakt. De OK overweegt dat dit niet verbazingwekkend is gezien de duur van de onderzoeksperiode en de roerige tijden waarin het bestuur en de raad van commissarissen hebben geprobeerd de onderneming overeind te houden en van de ondergang te redden. De OK concludeert dat het feit dat zij daarin niet zijn geslaagd, niet resulteert in een verwijt jegens het bestuur.
Schloss Lieser GmbH & Co. oHG/Aannemer
In OR 2023-0045 is een bv veroordeeld tot betaling van bijna een half miljoen euro aan een Duits hotel maar biedt geen verhaal, staakt haar activiteiten en brengt deze onder in een vof. Het hotel vordert dat de (middellijk) bestuurders worden veroordeeld tot betaling van het bedrag waarvoor de bv is veroordeeld. Zij legt daaraan enerzijds ten grondslag dat sprake is van bestuurdersaansprakelijkheid, anderzijds dat de vof misbruik maakt van identiteitsverschil, althans dat sprake is van vereenzelviging, zodat de vof en haar vennoten schadeplichtig zijn. Het beroep op vereenzelviging slaagt niet, omdat gewezen wordt op vereenzelviging van ondernemingen in plaats van rechtssubjecten. Voorshands is wel sprake van persoonlijk ernstig verwijt wegens het overhevelen van de activiteiten en daarmee verhaalsfrustratie, maar bestuurders mogen tegenbewijs leveren.
Bestuurder/Stichting Studiefinanciering Curaçao
In OR 2023-0047 gaat een bestuurder namens een stichting een overeenkomst aan waarvoor op grond van de statuten voorafgaande goedkeuring van de raad van commissarissen nodig is. De stichting stelt dat deze goedkeuring niet is gegeven, dat de bestuurder daarom ernstig verwijtbaar heeft gehandeld en aansprakelijk is voor geleden schade. In eerste en tweede aanleg wordt de bestuurder veroordeeld uit hoofde van bestuurdersaansprakelijkheid. De bestuurder heeft in het geding echter twee verklaringen getoond die wijzen op instemming van de raad van commissarissen. De Hoge Raad oordeelt dat het onbegrijpelijk is dat het hof deze stellingen van de bestuurder niet in zijn oordeel heeft betrokken, nu deze kunnen afdoen aan het ernstig verwijt dat de bestuurder treft. De Hoge Raad vernietigt het arrest en wijst het geding terug.
Onze zoekfunctie
Wist u dat OR Updates uit meer bestaat dan deze nieuwsbrief?
Onze website biedt u bijvoorbeeld de mogelijkheid om op doeltreffende wijze de database te doorzoeken, zodat u de voor u relevante uitspraken kunt vinden. Zo kunt u bijvoorbeeld zoeken op onderwerp, instantie, rechter of advocaat.
Kijk hier voor meer informatie over de mogelijkheden.
Inzenden eigen rechtspraak
Beschikt u zelf over een nog niet gepubliceerde uitspraak die relevant is voor de ondernemingsrechtpraktijk en rechtsontwikkeling, dan kunt u mailen naar or-updates@budh.nl. Wij stellen dat erg op prijs.
Vragen of opmerkingen
Mocht u vragen of opmerkingen hebben over deze nieuwsbrief, dan kunt u mailen naar info@boomjuridisch.nl.
Met vriendelijke groet,
Karel Boonzaaijer, Corinne Kuipers, Evert Leemreis en Emmanuel Lokin
Hoofdredactie OR Updates
Hoge Raad
Hof
- Gerechtshof Arnhem-Leeuwarden Een vennootschap was veroordeeld tot betaling aan haar wederpartij. Na de veroordeling bleek dat de vennootschap geen activiteiten meer verrichtte en geen bezittingen meer had en inmiddels is ontbonden. De (in)direct bestuurders van de vennootschap zijn in eerste aanleg uit hoofde van bestuurdersaansprakelijkheid veroordeeld tot vergoeding van de schade die de wederpartij heeft geleden, omdat zij de (activa van de) onderneming van de vennootschap hebben overgedragen aan een nieuw opgerichte vennootschap, zonder rekening te houden met de vordering van de wederpartij. Het hof bekrachtigt het vonnis van de rechtbank. 17-01-2023
- Ondernemingskamer Gerechtshof Amsterdam OK; enquête. De OK heeft eerder een onderzoek naar het beleid en de gang van zaken bij SNS Reaal N.V. en SNS Bank N.V. bevolen nadat de VEB hierom had verzocht. Op basis van het onderzoeksverslag komt de OK tot het oordeel dat geen sprake is van wanbeleid. De OK stelt vast dat uit het onderzoeksverslag blijkt dat in de onderzoeksperiode door het bestuur op onderdelen fouten zijn gemaakt. De OK overweegt dat dit niet verbazingwekkend is gezien de duur van de onderzoeksperiode en de roerige tijden waarin het bestuur en de raad van commissarissen hebben geprobeerd de onderneming overeind te houden en van de ondergang te redden. De OK concludeert dat het feit dat zij daarin niet zijn geslaagd, niet resulteert in een verwijt jegens het bestuur. 30-11-2022
- Ondernemingskamer Gerechtshof Amsterdam In eerdere uitspraken in deze uittreedprocedure heeft de OK reeds beslist dat de vordering tot uittreding van een van de aandeelhouders wordt toegewezen en dat een deskundige wordt benoemd om de prijs van de over te dragen aandelen vast te stellen. In dit zevende arrest stelt de OK de overname prijs vast. In een daaropvolgende achtste uitspraak legt de OK vervolgens enkele afspraken tussen partijen vast waaronder de afspraak dat partijen afstand doen van het recht cassatie in te stellen tegen het zevende arrest. 24-05-2022
- Gerechtshof Arnhem-Leeuwarden Twee indirect bestuurders stellen hoger beroep in tegen een vonnis waarin zij aansprakelijk zijn gehouden op de voet van artikel 2:48 BW wegens schending van de administratieplicht. In hoger beroep oordeelt het hof dat het causaliteitsvermoeden van artikel 2:248 lid 2 BW genoegzaam is ontzenuwd en dat anderszins onvoldoende is gesteld om kennelijk onbehoorlijke taakvervulling op de voet van artikel 2:248 lid 1 BW aan te nemen. Wel houdt het hof de bestuurders aansprakelijk op de voet van artikel 2:9 BW, vanwege het onverplicht instemmen met een huuropzegging. Er is ernstig verwijtbaar gehandeld door in te stemmen met het per direct opzeggen van de huur terwijl de huurovereenkomst voor vijf jaar was afgesloten en dus nog geruime tijd doorliep. De disculpatiemogelijkheid van artikel 2:9 lid 2 BW is weliswaar ook van toepassing op de indirect bestuurders, maar baat hen in casu niet. 27-08-2019
Rechtbank
- Rechtbank Rotterdam Een vennootschap die kluizen verhuurde, is failliet verklaard nadat een grote hoeveelheid goud uit een van haar kluizen was verdwenen. De curator heeft de bestuurders aansprakelijk gesteld voor het boedeltekort, maar de rechtbank heeft deze vordering afgewezen. De curator heeft hoger beroep ingesteld tegen het vonnis van de rechtbank. De curator heeft voorts ten laste van de bestuurders conservatoir beslag gelegd op diverse vermogensbestanddelen. In dit kort geding wordt opheffing van de door de curator gelegde beslagen gevorderd. De voorzieningenrechter weegt de belangen van de bestuurders af tegen het belang van de curator. Omdat de curator belang heeft bij behoud van verhaalsmogelijkheden en de bestuurders hun belang bij opheffing van het beslag onvoldoende aannemelijk hebben gemaakt, laat de voorzieningenrechter de beslagen in stand. 08-02-2023
- Rechtbank Amsterdam De curator van een failliete bv stelt de bestuurders aansprakelijk voor het boedeltekort en vordert tevens een verklaring voor recht dat bedragen aan ‘managementfee’ en ‘beheerskosten’ paulianeus aan een van de bestuurders zijn betaald en daarom rechtsgeldig zijn vernietigd. De rechtbank wijst de vorderingen toe. Wat betreft de aansprakelijkheidsvordering oordeelt de rechtbank dat de administratie niet op orde is en dat de jaarrekeningen te laat zijn gedeponeerd. Een andere belangrijke oorzaak van het faillissement dan de kennelijk onbehoorlijke taakvervulling door het bestuur, is niet aannemelijk gemaakt. Ook het beroep op matiging wordt afgewezen. 01-02-2023
- Rechtbank Limburg Een deurwaarderskantoor heeft twee aandeelhouders en bestuurders. Een van de aandeelhouders, die 51% van de aandelen houdt, heeft de activiteiten van het deurwaarderskantoor ondergebracht in een nieuw opgerichte vennootschap. Deze aandeelhouder heeft een algemene vergadering bijeengeroepen om opdracht te geven voor de aanvraag van het faillissement. De andere aandeelhouder en bestuurder vordert in kort geding een verbod om de faillissementsaanvraag te agenderen en ter stemming te brengen in een algemene vergadering. De voorzieningenrechter wijst de vordering toe, omdat de andere aandeelhouder anders de mogelijkheid wordt ontnomen om een onderzoek in te stellen naar de overdracht van de activiteiten aan de nieuw opgerichte vennootschap en maatregelen te nemen tegen de 51%-aandeelhouder. 19-01-2023
- Rechtbank Limburg Een bv is veroordeeld tot betaling van bijna een half miljoen euro aan een Duits hotel maar biedt geen verhaal, staakt haar activiteiten en brengt deze onder in een vof. Het hotel vordert dat de (middellijk) bestuurders worden veroordeeld tot betaling van het bedrag waarvoor de bv is veroordeeld. Zij legt daaraan enerzijds ten grondslag dat sprake is van bestuurdersaansprakelijkheid, anderzijds dat de vof misbruik maakt van identiteitsverschil, althans dat sprake is van vereenzelviging, zodat de vof en haar vennoten schadeplichtig zijn. Het beroep op vereenzelviging slaagt niet, omdat gewezen wordt op vereenzelviging van ondernemingen in plaats van rechtssubjecten. Voorshands is wel sprake van persoonlijk ernstig verwijt wegens het overhevelen van de activiteiten en daarmee verhaalsfrustratie, maar bestuurders mogen tegenbewijs leveren. 18-01-2023