Update
Geachte mevrouw/heer,
Bijgaand treft u een nieuwe OR Update aan.
Rechtspraak
In deze nieuwsbrief vindt u een overzicht van de rechtspraak die de afgelopen periode op www.or-updates.nl is gepubliceerd.
Onderaan deze mail vindt u handige linkjes met weekoverzichten per instantie en kunt u de pdf met alle nieuw toegevoegde samenvattingen van ondernemingsrechtelijke uitspraken vanaf de website downloaden.
Wij lichten de volgende uitspraken hier voor u uit:
Hoge Raad 10 februari 2023, OR 2023-0072, Bab/Cordial en Turnham III
Enquête Cordial en Turnham (Caribische zaak). Vervolg van HR 11 november 2016, ECLI:NL:HR:2016:2574 en HR 8 maart 2019, ECLI:NL:HR:2019:316. Als gevolg van door het bestuur genomen emissiebesluiten verwatert de minderheidsaandeelhouder van twee vennootschappen van 15% tot 0,0044% en 0,0023%. Het hof stelt wanbeleid vast, maar weigert de emissiebesluiten te vernietigen omdat dit niet in het belang van de vennootschap is. De Hoge Raad vernietigt de beschikking en oordeelt dat de vennootschap een zelfstandig belang heeft bij de naleving van de normen die gelden bij een emissie van aandelen, in het bijzonder jegens een aandeelhouder wiens belang is verwaterd of dreigt te verwateren. Ook acht de Hoge Raad de beslissing van het hof dat de bestuurder kan aanblijven zonder nadere motivering onbegrijpelijk, mede gezien de te verwachten aansprakelijkstelling van de bestuurder door de minderheidsaandeelhouder. De Hoge Raad wijst het geding terug naar het hof ter verdere behandeling en beslissing.
Gerechtshof ’s-Hertogenbosch 7 februari 2023, OR 2023-0067, Verwijzingsarrest Mobile Services
Nadat de Hoge Raad heeft geoordeeld dat het bewijsvermoeden van artikel 2:248 lid 2 BW ook kan worden weerlegd door te verwijzen naar een niet van buiten komende oorzaak van het faillissement, moet het Hof ’s-Hertogenbosch beoordelen of de bestuurders van Mobile Services een andere belangrijke oorzaak van het faillissement (dan kennelijk onbehoorlijke taakvervulling van het bestuur) aannemelijk hebben gemaakt. Het hof oordeelt dat de bestuurders hierin zijn geslaagd en wijst de vorderingen van de curator af. De oorzaak van het faillissement is gelegen in verslechterende marktomstandigheden. De onderneming is de economische tegenslag niet te boven gekomen door een conflict tussen de bestuurders.
Gerechtshof Amsterdam (OK) 27 januari 2023, OR 2023-0068, VEB c.s./SNS Reaal N.V. en SNS Bank N.V.
De OK heeft eerder een onderzoek bevolen naar het beleid en de gang van zaken bij SNS Reaal N.V. en SNS Bank N.V. nadat o.a. de VEB hierom had verzocht. Op basis van het onderzoeksverslag heeft de OK geoordeeld dat geen sprake is van wanbeleid (zie OR 2023-0040). In onderhavige uitspraak staat het machtigingsverzoek centraal dat de VEB heeft ingediend op grond van artikel 2:353 lid 3 BW om mededelingen aan derden te doen uit het onderzoeksverslag. Zij geeft aan deze mededelingen slechts te willen doen in het kader van eventuele aansprakelijkstellingen en procedures. De voorzitter van de OK overweegt dat SNS c.s. onvoldoende hebben aangetoond dat sprake zou zijn van een zwaarwichtig belang om het verzoek af te wijzen. De voorzitter houdt daarmee vast aan het uitgangspunt dat de verzoeker die gebruik wil maken van het verkregen onderzoeksverslag in een procedure tot aansprakelijkstelling een voldoende zwaarwichtig belang bij machtiging heeft en dat zij geen verdere bijzondere toelichting behoeft te geven.
Onze zoekfunctie
Wist u dat OR Updates uit meer bestaat dan deze nieuwsbrief?
Onze website biedt u bijvoorbeeld de mogelijkheid om op doeltreffende wijze de database te doorzoeken, zodat u de voor u relevante uitspraken kunt vinden. Zo kunt u bijvoorbeeld zoeken op onderwerp, instantie, rechter of advocaat.
Kijk hier voor meer informatie over de mogelijkheden.
Inzenden eigen rechtspraak
Beschikt u zelf over een nog niet gepubliceerde uitspraak die relevant is voor de ondernemingsrechtpraktijk en rechtsontwikkeling, dan kunt u mailen naar or-updates@budh.nl. Wij stellen dat erg op prijs.
Vragen of opmerkingen
Mocht u vragen of opmerkingen hebben over deze nieuwsbrief, dan kunt u mailen naar info@boomjuridisch.nl.
Met vriendelijke groet,
Karel Boonzaaijer, Corinne Kuipers, Evert Leemreis en Emmanuel Lokin
Hoofdredactie OR Updates
Hoge Raad
- Hoge Raad Enquête Cordial en Turnham (Caribische zaak). Vervolg van HR 11 november 2016, ECLI:NL:HR:2016:2574 en HR 8 maart 2019, ECLI:NL:HR:2019:316. Als gevolg van door het bestuur genomen emissiebesluiten verwatert de minderheidsaandeelhouder van twee vennootschappen van 15% tot 0,0044% en 0,0023%. Het hof stelt wanbeleid vast, maar weigert de emissiebesluiten te vernietigen omdat dit niet in het belang van de vennootschap is. De Hoge Raad vernietigt de beschikking en oordeelt dat de vennootschap een zelfstandig belang heeft bij de naleving van de normen die gelden bij een emissie van aandelen, in het bijzonder jegens een aandeelhouder wiens belang is verwaterd of dreigt te verwateren. Ook acht de Hoge Raad de beslissing van het hof dat de bestuurder kan aanblijven zonder nadere motivering onbegrijpelijk, mede gezien de te verwachten aansprakelijkstelling van de bestuurder door de minderheidsaandeelhouder. De Hoge Raad wijst het geding terug naar het hof ter verdere behandeling en beslissing. 10-02-2023
- Hoge Raad Een verhuurder van een bedrijfspand vordert schadevergoeding van de (indirect) bestuurders van de huurder. De huurder is een vennootschap die haar verplichtingen uit de huurovereenkomst niet is nagekomen. Toen de verhuurder niet wilde instemmen met een aanpassing van de huurovereenkomst, hebben de bestuurders van de vennootschap middels een activa-passiva-overeenkomst de activa van de vennootschap voor een symbolische prijs overgedragen aan een gelieerde vennootschap, waardoor de vennootschap leeg achterbleef. De bestuurders hebben vervolgens alle andere schuldeisers van de vennootschap betaald, maar niet de verhuurder. De vennootschap biedt geen verhaal en de schuldeiser kan niet het faillissement van de vennootschap aanvragen wegens het ontbreken van pluraliteit. De rechtbank en het hof oordelen dat de bestuurders onrechtmatig hebben gehandeld jegens de verhuurder. De Hoge Raad bevestigt het oordeel van het hof dat het de bestuurders van de vennootschap zonder meer duidelijk moest zijn dat door hun handelen benadeling van de verhuurder zou optreden en dat zij daardoor onrechtmatig hebben gehandeld jegens de verhuurder. De Hoge Raad doet de zaak af met toepassing van artikel 81 RO. 03-02-2023
Hof
- Ondernemingskamer Gerechtshof Amsterdam De OK heeft eerder bij twee vennootschappen een enquête gelast en bij wijze van onmiddellijke voorziening de bestuurder geschorst en een OK-bestuurder aangesteld. Enkele jaren later heeft de OK op verzoek van deze OK-bestuurder de enquêteprocedure en de getroffen onmiddellijke voorzieningen beëindigd. De OK-bestuurder wordt vervolgens door de eerder geschorste bestuurder aansprakelijk gesteld. De OK-bestuurder verzoekt de OK te bepalen dat een van de vennootschappen zijn redelijke kosten van verweer als tijdelijk bestuurder betaalt en in dat kader een voorschot dient te voldoen. De OK wijst de vordering toe en komt daarbij met een aantal overwegingen betreffende de reikwijdte van artikel 2:357 lid 6 BW. 22-02-2023
- Gerechtshof 's-Hertogenbosch Nadat de Hoge Raad heeft geoordeeld dat het bewijsvermoeden van artikel 2:248 lid 2 BW ook kan worden weerlegd door te verwijzen naar een niet van buiten komende oorzaak van het faillissement, moet het Hof ’s-Hertogenbosch beoordelen of de bestuurders van Mobile Services een andere belangrijke oorzaak van het faillissement (dan kennelijk onbehoorlijke taakvervulling van het bestuur) aannemelijk hebben gemaakt. Het hof oordeelt dat de bestuurders hierin zijn geslaagd en wijst de vorderingen van de curator af. De oorzaak van het faillissement is gelegen in verslechterende marktomstandigheden. De onderneming is de economische tegenslag niet te boven gekomen door een conflict tussen de bestuurders. 07-02-2023
- Gerechtshof 's-Hertogenbosch Twee minderheidsaandeelhouders vorderen de gedwongen overname van hun aandelen door de meerderheidsaandeelhouder. De rechtbank heeft deze vordering toegewezen, een deskundige benoemd voor de waardering van de over te nemen aandelen en diens waardering overgenomen. De minderheidsaandeelhouders stellen hoger beroep in en betogen dat de waardering door de deskundige niet in stand kan blijven. Het hof herhaalt de maatstaf van de Hoge Raad ten aanzien van de omvang van de motiveringsplicht bij de beoordeling van deskundigenrapporten (HR 9 december 2011, ECLI:NL:HR:2011:BT2921 (Flevoziekenhuis)). Het hof oordeelt vervolgens dat de grieven niet slagen en bekrachtigt het vonnis van de rechtbank. 31-01-2023
- Ondernemingskamer Gerechtshof Amsterdam De OK heeft eerder een onderzoek bevolen naar het beleid en de gang van zaken bij SNS Reaal N.V. en SNS Bank N.V. nadat o.a. de VEB hierom had verzocht. Op basis van het onderzoeksverslag heeft de OK geoordeeld dat geen sprake is van wanbeleid (zie OR 2023-0040). In onderhavige uitspraak staat het machtigingsverzoek centraal dat de VEB heeft ingediend op grond van artikel 2:353 lid 3 BW om mededelingen aan derden te doen uit het onderzoeksverslag. Zij geeft aan deze mededelingen slechts te willen doen in het kader van eventuele aansprakelijkstellingen en procedures. De voorzitter van de OK overweegt dat SNS c.s. onvoldoende hebben aangetoond dat sprake zou zijn van een zwaarwichtig belang om het verzoek af te wijzen. De voorzitter houdt daarmee vast aan het uitgangspunt dat de verzoeker die gebruik wil maken van het verkregen onderzoeksverslag in een procedure tot aansprakelijkstelling een voldoende zwaarwichtig belang bij machtiging heeft en dat zij geen verdere bijzondere toelichting behoeft te geven. 27-01-2023
- Gerechtshof 's-Hertogenbosch De verkopers van een ruitersportwinkel komen met de koper overeen dat de te betalen koopprijs wordt omgezet naar een lening, die onder bepaalde omstandigheden direct opeisbaar wordt. Nadat zich een omstandigheid voor directe opeisbaarheid van de lening voordoet, wordt de koper bij verstekvonnis veroordeeld om het uitstaande bedrag van de lening aan de verkopers te betalen. De verkopers stellen vervolgens de (indirect) bestuurders van de koper aansprakelijk voor de door hen geleden schade en vorderen betaling van hetgeen de koper op grond van het verstekvonnis aan hen is verschuldigd. Het hof komt, net als de rechtbank, tot het oordeel dat de (indirect) bestuurders van de koper een persoonlijk ernstig verwijt treft. Het hof verwerpt het beroep en bekrachtigt het vonnis van de rechtbank. 24-01-2023
- Gerechtshof Amsterdam Een schuldeiser spreekt de (in)direct bestuurder van zijn schuldenaar aan op grond van betalingsonwil. In eerste aanleg oordeelt de rechtbank dat sprake is van betalingsonwil en wijst de vordering van de schuldeiser toe. De bestuurder gaat in hoger beroep. Het gerechtshof oordeelt dat de schuldenaar niet betaalde wegens betalingsonmacht, die onder meer door de schuldeiser zelf was veroorzaakt. De schuldenaar had namelijk maar twee klanten, de schuldeiser en een andere klant. De schuldeiser legde, in strijd met een gesloten vaststellingsovereenkomst met de schuldenaar, beslag onder de andere klant, waarna die andere klant de zakelijke relatie met de schuldenaar beëindigt. De schuldeiser zelf beëindigt ook de zakelijke relatie met de schuldenaar, waardoor de omzet van de schuldenaar opdroogt. Het gerechtshof vernietigt het vonnis van de rechtbank en wijst de vordering van de schuldeiser af. 10-01-2023
- Ondernemingskamer Gerechtshof Amsterdam OK; enquête. In het langslepende conflict tussen de twee aandeelhouders-bestuurders van een concern dat zich bezighoudt met de handel in bedrijfsmeubels, heeft de OK in 2020 een voorlopige uitspraak gedaan. Daarin oordeelde de OK dat er voorshands voldoende aanleiding is om onmiddellijke voorzieningen te treffen. Een van de bestuurders moet zich onthouden van actieve bemoeienis met de onderneming. De zaak wordt voor het overige aangehouden en er wordt een mediationtraject gestart. Nadat het mediationtraject vruchteloos blijkt, wordt de procedure weer voortgezet. De verhoudingen tussen de aandeelhouders zijn nog altijd zeer gespannen, zodat beide partijen tot de slotsom komen dat zij ontvlechting van hun belangen verlangen. De OK beslist onder meer dat één van de bestuurders binnen het concern wordt ontslagen en dat er een onderzoek moet komen naar de gang van zaken binnen het concern. 17-03-2022
Rechtbank
- Rechtbank Gelderland Een dag voorafgaand aan de faillietverklaring betaalt een transportonderneming 75% van de vorderingen van de holding, de Belastingdienst en het personeel. De curator vordert het aan de holding betaalde bedrag terug op grond van faillissementspauliana en stelt de holding en de indirect bestuurder aansprakelijk wegens selectieve betaling aan de Belastingdienst en het personeel. De rechtbank oordeelt dat de betaling aan de holding inderdaad paulianeus is, maar dat de bestuurders niet aansprakelijk zijn op grond van onrechtmatige selectieve betaling voor de betalingen aan de Belastingdienst en het personeel, nu niet ernstig verwijtbaar is gehandeld, omdat niet is betaald aan gelieerde partijen, de bestuurders geen persoonlijk belang hadden bij de betalingen en de betalingen voor hetzelfde percentage zijn verricht aan preferente schuldeisers. 15-03-2023
- Rechtbank Zeeland-West-Brabant Een statutair bestuurder is door de algemene vergadering ontslagen en zijn arbeidsovereenkomst met de bv is opgezegd. De bestuurder verzoekt vervolgens onder meer een billijke vergoeding en betaling van contractuele boetes. De rechtbank wijst de verzoeken toe, omdat niet is gebleken van verwijtbaar handelen of nalaten, van een onoverbrugbaar verschil van inzicht, van disfunctioneren of van een duurzaam verstoorde arbeidsverhouding. De bv wordt veroordeeld tot betaling van vergoedingen aan de bestuurder die optellen tot meer dan een miljoen euro bruto, waaronder een billijke vergoeding van € 670.000 bruto. Deze vergoeding behoort tot de hoogste billijke vergoedingen die tot nu toe zijn toegekend. 13-03-2023
- Rechtbank Amsterdam Een aantal werknemers is ontslagen en de vennootschap is door middel van turboliquidatie ontbonden. De werknemers stellen onder meer dat de bestuurders hiervoor aansprakelijk zijn. De kantonrechter oordeelt dat het ontslag onrechtmatig is en dat de bestuurders aansprakelijk zijn jegens de werknemers. Door onder meer geen faillissement aan te vragen of een ontslagvergunning bij het UWV aan te vragen, maar in plaats daarvan de vennootschap te liquideren, terwijl er nog doorlopende verplichtingen aan de ontslagen werknemers waren, hebben de bestuurders de werknemers de mogelijkheid ontnomen om de vennootschap in rechte te betrekken en zo de verhaalsmogelijkheden van de werknemers beperkt. 03-03-2023
- Rechtbank Amsterdam Het lidmaatschap van een voormalig bestuurslid van een vereniging wordt door het nieuwe bestuur opgezegd omdat het voortduren van het lidmaatschap in redelijkheid niet meer van de vereniging kon worden gevergd. Het lid vordert de vernietiging van het opzeggingsbesluit. Het lid stelt dat in dit geval niet opzegging de aangewezen weg was, maar royement/ontzetting en dat haar een beroepsmogelijkheid bij de algemene vergadering is onthouden. De rechtbank overweegt dat bij een royementssituatie sprake moet zijn van verwijtbaar wangedrag ten nadele van de vereniging, waarvoor bijvoorbeeld schadevergoeding kan worden gevorderd. De rechtbank volgt het bestuur dat een dergelijke situatie zich in casu niet voordoet. Voorts heeft het lid onvoldoende opgebracht om te kunnen oordelen dat het bestuur in redelijkheid niet tot haar afweging heeft kunnen komen. De rechtbank wijst de vorderingen af. 17-02-2023
- Rechtbank Noord-Holland Een vennootschap heeft op grond van een overeenkomst aan een bv in oprichting geld geleend. Deze bv is vervolgens niet opgericht, zodat bekrachtiging van de rechtshandeling door de bv niet heeft plaatsgevonden. De vennootschap vordert daarom op grond van artikel 2:203 lid 2 BW terugbetaling van het geleende geld van degene die destijds namens de bv in oprichting heeft getekend. Anders dan degene die tekende aanvoert, is de rechtbank van oordeel dat niet is komen vast te staan dat de schuld aan een andere vennootschap is overgedragen. De vordering wordt toegewezen. 02-11-2022