Update
Geachte mevrouw/heer,
Bijgaand treft u een nieuwe OR Update aan.
Rechtspraak
In deze nieuwsbrief vindt u een overzicht van de rechtspraak die sinds de vorige nieuwsbrief op www.or-updates.nl is gepubliceerd.
Onderaan deze mail vindt u handige linkjes met weekoverzichten per instantie en kunt u de pdf met alle nieuw toegevoegde samenvattingen van ondernemingsrechtelijke uitspraken vanaf de website downloaden.
Wij lichten de volgende uitspraken hier voor u uit:
Gerechtshof Arnhem-Leeuwarden 14 februari 2023, OR 2024-0148, Woldomus B.V. c.s./Rendo-groep
De zaak handelt over twee te onderscheiden geschillen rond de verkoop van een vennootschap waarvan een aantal in het noorden van Nederland gelegen gemeenten aandeelhouder zijn. Deze vennootschap heeft haar dochtervennootschap verkocht. Binnen deze dochtervennootschap hadden de betreffende gemeenten de energievoorziening (gas en licht) voor hun inwoners geregeld. De bestuurder van de vennootschap wordt allereerst verweten een betaling van de koper te hebben geaccepteerd als steekpenning met het doel de aandeelhouders te overtuigen deze partij te laten kopen. Het tweede geschil betreft het verwijt dat de bestuurder de vennootschap en haar dochtervennootschappen bepaalde investeringen heeft aangeraden en heeft laten doen, zonder dat de aandeelhouders ervan op de hoogte waren dat de bestuurder profiteerde van deze investeringen omdat hij aandeelhouder was in de betreffende projecten. In het eerste geschil wordt door het hof vastgesteld dat sprake is van onrechtmatig handelen van de bestuurder en wordt vastgesteld welke (soort) schade voor vergoeding in aanmerking komt. In het tweede geschil wordt allereerst door het hof vastgesteld dat sprake is van een tegenstrijdig belang, en dat alle schade die het gevolg is van het niet informeren van de algemene vergadering en de raad van commissarissen van dit tegenstrijdig belang voor vergoeding in aanmerking komt. Juliette Wareman besteedt in haar samenvatting veel aandacht aan de relevante overwegingen betreffende het tegenstrijdig belang.
De bestuurder heeft tegen het arrest van het hof beroep in cassatie ingesteld. De conclusie van A-G Wesseling-van Gent (ECLI:NL:PHR:2024:517) strekt tot verwerping van het cassatieberoep. De Hoge Raad heeft op 31 mei 2024 zonder nadere motivering (art. 81 lid 1 RO) geoordeeld dat de cassatieklachten niet tot vernietiging van het arrest kunnen leiden (ECLI:NL:HR:2024:790).
Gerechtshof ’s-Hertogenbosch 31 januari 2023, OR 2024-0143, Aspergeteler/Plantenkwekerij
Een plantenkwekerij komt haar verplichting jegens een aspergeteler niet na. In een eerdere rechtszaak is komen vast te staan dat de plantenkwekerij wanprestatie heeft gepleegd en de schade van de aspergeteler moet vergoeden. De aspergeteler vordert schadevergoeding voor gederfde winst. De plantenkwekerij stelt dat sprake is van afgeleide schade – de aspergeteelt zou volgens de plantenkwekerij vanuit een bv gaan plaatsvinden – waardoor de gederfde winst niet voor vergoeding in aanmerking komt. Het hof is onder verwijzing naar het Potplantenkwekerij-arrest (ECLI:NL:HR:2018:1899) van oordeel dat er geen ruimte is voor dit afgeleide-schadeverweer, omdat geen wanprestatie of onrechtmatige daad is gepleegd jegens de bv maar enkel jegens de aspergeteler. De schade van de aspergeteler door winstderving komt voor vergoeding in aanmerking.
Rechtbank Amsterdam 24 juli 2024, OR 2024-0154, Bestuurder Miss Etam aansprakelijk wegens onbehoorlijk bestuur
De rechtbank veroordeelt de (feitelijk) bestuurder en eigenaar van onder meer Miss Etam en Steps tot betaling van het boedeltekort, omdat hem onbehoorlijk bestuur kan worden verweten. Niet alleen wegens schending van de administratieplicht, maar ook omdat de organisatie op risicovolle wijze is opgezet, waarbij de activiteiten en verplichtingen van meet af aan werden gesplitst en verplichtingen zijn aangegaan terwijl er geen enkele zekerheid is getroffen voor de nakoming daarvan. De zaak is bovendien interessant omdat de uiteindelijke rechtspersoon-bestuurder naar Zwitsers recht is opgericht en de natuurlijk persoon-bestuurder daar woonachtig is.
Onze zoekfunctie
Wist u dat OR Updates uit meer bestaat dan deze nieuwsbrief?
Onze website biedt u bijvoorbeeld de mogelijkheid om op doeltreffende wijze de database te doorzoeken, zodat u de voor u relevante uitspraken kunt vinden. Zo kunt u bijvoorbeeld zoeken op onderwerp, instantie, rechter of advocaat.
Kijk hier voor meer informatie over de mogelijkheden.
Inzenden eigen rechtspraak
Beschikt u zelf over een nog niet gepubliceerde uitspraak die relevant is voor de ondernemingsrechtpraktijk en rechtsontwikkeling, dan kunt u mailen naar or-updates@budh.nl. Wij stellen dat erg op prijs.
Vragen of opmerkingen
Mocht u vragen of opmerkingen hebben over deze nieuwsbrief, dan kunt u mailen naar juridisch@boom.nl.
Met vriendelijke groet,
Karel Boonzaaijer, Evert Leemreis en Emmanuel Lokin
Hoofdredactie OR Updates
Hoge Raad
Hof
- Gerechtshof Arnhem-Leeuwarden Een curator stelt de voormalige bestuurders (tevens in hoedanigheid van feitelijk beleidsbepalers) van een zorgstichting aansprakelijk voor het faillissementstekort op de voet van artikel 2:300a jo. 2:138 BW. Het hof oordeelt dat zij allen hoofdelijk aansprakelijk zijn nu zij hun taken kennelijk onbehoorlijk hebben vervuld door onder andere zorgfraude te plegen. 23-07-2024
- Gerechtshof Arnhem-Leeuwarden De curator van een failliete bv stelt de (indirect) bestuurder(s) aansprakelijk voor het boedeltekort en vordert een bestuursverbod. Het hof laat het oordeel van de rechtbank dat sprake is van onbehoorlijk bestuur in stand. De bestuurder is (tijdens de referteperiode) nalatig geweest in het innen van een (voorafgaand aan de referteperiode) aan zijn schoonzoon verstrekte geldlening en liet belastingschulden oplopen. Het gevorderde bestuursverbod wordt toegewezen. 09-07-2024
- Gerechtshof 's-Hertogenbosch Deze zaak betreft een geschil over hoofdelijke bestuurdersaansprakelijkheid wegens het niet betalen van pensioenpremies aan het verplicht gestelde bedrijfstakpensioenfonds PFZW. Gelet op de contacten met de werkgever en de communicatie oordeelt het hof na terugverwijzing door de Hoge Raad dat het Pensioenfonds behoorde te begrijpen dat Solace, als gevolg van de liquiditeitsproblemen die waren ontstaan door de handelwijze van Aquisto en die daarna hebben voortgeduurd, niet in staat zou zijn om aan het Pensioenfonds de bedragen uit hoofde van de navorderingen te voldoen. Deze wetenschap was naar het oordeel van het hof zodanig dat het Pensioenfonds op basis daarvan in staat was zich een redelijk oordeel te vormen over de oorzaken van betalingsonmacht en zich te beraden op de opstelling die het ten aanzien van Solace zou innemen. Het hof vernietigt het dwangbevel en het bestreden vonnis. 28-05-2024
- Gerechtshof Arnhem-Leeuwarden De zaak handelt over twee te onderscheiden geschillen rond de verkoop van een vennootschap waarvan een aantal in het noorden van Nederland gelegen gemeenten aandeelhouder zijn. Deze vennootschap heeft haar dochtervennootschap verkocht. Binnen deze dochtervennootschap hadden de betreffende gemeenten de energievoorziening (gas en licht) voor hun inwoners geregeld. De bestuurder van de vennootschap wordt allereerst verweten een betaling van de koper te hebben geaccepteerd als steekpenning met het doel de aandeelhouders te overtuigen deze partij te laten kopen. Het tweede geschil betreft het verwijt dat de bestuurder de vennootschap en haar dochtervennootschappen bepaalde investeringen heeft aangeraden en heeft laten doen, zonder dat de aandeelhouders ervan op de hoogte waren dat de bestuurder profiteerde van deze investeringen omdat hij aandeelhouder was in de betreffende projecten. In het eerste geschil wordt door het hof vastgesteld dat sprake is van onrechtmatig handelen van de bestuurder en wordt vastgesteld welke (soort) schade voor vergoeding in aanmerking komt. In het tweede geschil wordt allereerst door het hof vastgesteld dat sprake is van een tegenstrijdig belang, en dat alle schade die het gevolg is van het niet informeren van de algemene vergadering en de raad van commissarissen van dit tegenstrijdig belang voor vergoeding in aanmerking komt. Juliette Wareman besteedt in haar samenvatting veel aandacht aan de relevante overwegingen betreffende het tegenstrijdig belang. 14-02-2023
- Gerechtshof 's-Hertogenbosch Een plantenkwekerij komt haar verplichting jegens een aspergeteler niet na. In een eerdere rechtszaak is komen vast te staan dat de plantenkwekerij wanprestatie heeft gepleegd en de schade van de aspergeteler moet vergoeden. De aspergeteler vordert schadevergoeding voor gederfde winst. De plantenkwekerij stelt dat sprake is van afgeleide schade – de aspergeteelt zou volgens de plantenkwekerij vanuit een bv gaan plaatsvinden – waardoor de gederfde winst niet voor vergoeding in aanmerking komt. Het hof is onder verwijzing naar het Potplantenkwekerij-arrest (ECLI:NL:HR:2018:1899) van oordeel dat er geen ruimte is voor dit afgeleide-schadeverweer, omdat geen wanprestatie of onrechtmatige daad is gepleegd jegens de bv maar enkel jegens de aspergeteler. De schade van de aspergeteler door winstderving komt voor vergoeding in aanmerking. 31-01-2023
Rechtbank
- Rechtbank Amsterdam De rechtbank veroordeelt de (feitelijk) bestuurder en eigenaar van onder meer Miss Etam en Steps tot betaling van het boedeltekort, omdat hem onbehoorlijk bestuur kan worden verweten. Niet alleen wegens schending van de administratieplicht, maar ook omdat de organisatie op risicovolle wijze is opgezet, waarbij de activiteiten en verplichtingen van meet af aan werden gesplitst en verplichtingen zijn aangegaan terwijl er geen enkele zekerheid is getroffen voor de nakoming daarvan. De zaak is bovendien interessant omdat de uiteindelijke rechtspersoon-bestuurder naar Zwitsers recht is opgericht en de natuurlijk persoon-bestuurder daar woonachtig is. 24-07-2024
- Rechtbank Den Haag Op verzoek van de curator van een jeugdzorginstelling wordt een andere instelling benoemd tot bewaarder van een aantal dossiers op grond van artikel 2:24 lid 2 BW. 11-07-2024
- Rechtbank Oost-Brabant Een curator van een failliete bv heeft de bestuurder onder meer aansprakelijk gesteld voor het boedeltekort op grond van artikel 2:248 BW. De bestuurder vordert in incident dat hij de curator in vrijwaring mag oproepen, mede omdat de curator zich onvoldoende heeft ingezet om het boedeltekort zo laag mogelijk te houden. De rechtbank wijst de vordering af, omdat door oproeping in vrijwaring onredelijke en onnodige vertraging van het geding te verwachten is. De bezwaren van de bestuurder kunnen op grond van artikel 2:248 lid 4 BW aan de orde worden gesteld. 10-07-2024
- Rechtbank Overijssel Een curator heeft gevorderd twee bestuurders te veroordelen tot betaling van het boedeltekort op grond van artikel 2:248 BW en hun een civielrechtelijk bestuursverbod op te leggen op grond van artikel 106a Fw. De rechtbank heeft eerder geoordeeld dat de bestuurders aansprakelijk zijn voor het boedeltekort. De rechtbank legt nu bovendien een civielrechtelijk bestuursverbod op voor de duur van vijf jaar. De stelling van een stichting dat het de wil was van de oprichter dat een van de twee gedaagden hiervan bestuurder was, passeert de rechtbank. Niet is gebleken dat de gedaagde deze rol alleen als bestuurder kan vervullen. 03-07-2024
- Rechtbank Rotterdam Een opdrachtnemer vordert betaling van haar facturen door de zustervennootschap van de opdrachtgever, wegens vereenzelviging of misbruik van identiteitsverschil, dan wel het onrechtmatig profiteren van de tekortkoming van de opdrachtgever. De kantonrechter oordeelt dat geen sprake is van vereenzelviging noch van het voor misbruik van identiteitsverschil vereiste oogmerk om de opdrachtnemer te benadelen. Wel is sprake van het onrechtmatig profiteren door de zustervennootschap, zodat zij is gehouden de facturen (inclusief rente), alsook de proceskosten te betalen. 10-05-2024
- Rechtbank Den Haag In deze procedure staat in conventie centraal de nietig- en vernietigbaarheid op de voet van artikel 2:14/2:15 BW van een besluit tot statutenwijziging en een besluit tot subsidieverlening. De rechtbank overweegt dat het wijzigingsbesluit, in tegenstelling tot het subsidiebesluit, geen besluit is zoals bedoeld in artikel 2:14/2:15 BW. Verder overweegt de rechtbank dat het subsidiebesluit niet nietig of vernietigbaar is. Over verschillende stellingen van de eisende partij merkt de rechtbank op dat zij niet of onvoldoende onderbouwd zijn. In reconventie wordt de vordering tot terugbetaling van de verstrekte subsidie toegewezen. 24-04-2024
- Rechtbank Zeeland-West-Brabant Nadat de spanningen binnen een stichting steeds verder oplopen, ontslaat deze stichting twee bestuursleden. De wijze waarop de ontslagbesluiten tot stand zijn gekomen, is in strijd met de statuten. Die bepalen dat een oproepingstermijn van zeven dagen geldt en dat de oproeping per aangetekende post dient te geschieden. De twee ontslagen bestuurders vorderen bij de voorzieningenrechter dat het de stichting verboden wordt om uitvoering te geven aan de ontslagbesluiten. Hoewel de voorzieningenrechter constateert dat de ontslagbesluiten in strijd met de statuten zijn genomen, wijst de voorzieningenrechter de vorderingen van de bestuurders toch af. De voorzieningenrechter overweegt daartoe dat vier van de zes bestuurders hebben ingestemd met de ontslagbesluiten. Gelet op deze stemverhouding acht de voorzieningenrechter het aannemelijk dat als het bestuur een nieuwe bestuursvergadering moet uitschrijven met inachtneming van de statutaire regels, dit niet zal leiden tot een ander besluit. De voorzieningenrechter acht het niet onaannemelijk dat de bodemrechter tot het oordeel zal komen dat vernietiging van de ontslagbesluiten het uiteindelijk door de twee bestuursleden beoogde resultaat niet dichterbij brengt, zodat een redelijk belang ontbreekt. De vorderingen van de twee bestuursleden worden daarom afgewezen. 23-04-2024